Gebruik van informatie bronnen:

Voordat je de poster gaat maken, moet je eerst meer te weten komen over kinderarbeid. Daarvoor gebruik je de bronnen. Dit zijn websites en filmpjes die je kunt gebruiken om meer informatie te krijgen. Samen bekijk je de websites en filmpjes eerst voordat je aan de slag gaat met de poster.
Tip: lees de vragen hieronder voordat je de bronnen gaat bekijken, dan weet je waar je op moet letten.
Wat moet op de poster staan:
Op de poster moet informatie staan over kinderarbeid. Dit is natuurlijk heel breed, dus om je te helpen staan er hieronder vragen waar je antwoord op moet kunnen geven:
Als je deze vragen kan beantwoorden en de antwoorden daarop op je poster zet, dan heb je genoeg informatie over kinderarbeid.
Tekeningen:
Op je poster moet je ook tekeningen maken om je poster nog aantrekkelijker te maken. Dit doe je pas als je alle informatie op je poster hebt staan. Denk er goed over na wat je tekent. Past het bij de informatie die op de poster staat?
Presentatie:
De poster ga je met z’n tweeën voor de klas presenteren. Bedenk dus goed wie wat verteld. Jullie moeten allebei aan het woord komen. Het moet een korte presentatie zijn van maximaal 3 minuten.