Vies en schoon

Handen wassen is belangrijk. Was je handen altijd: 
- vóór het eten,
- als je helpt bij koken of bakken,
- nadat je naar de WC bent gegaan,
- als je vuilnis hebt aangeraakt,
- als je een dier geaaid hebt.

Zó was je je handen

Zó was je je handen:

1. Maak je handen nat.

2. Doe er zeep op.

3. Overal goed wrijven: bovenkant, onderkant, tussen je vingers en vergeet je duim niet!

4. Afspoelen onder de kraan.

5. Goed afdrogen met een handdoek.