Eigen opvattingen omtrent holebi's en/of transgenders.
In de omgang met leerlingen met genderidentiteitsstoornissen, maar ook bijvoorbeeld bij holebi-leerlingen, is het belangrijk om uw eigen opvattingen te kennen. Deze kunnen de omgang beïnvloeden, zowel in positieve als negatieve zin. Hieronder staan een aantal vragen, waarmee u uw eigen opvattingen in kaart kan brengen. Antwoord eerlijk op de vragen, zo weet u ook het best hoe u momenteel denkt over holebi's en/of transgenders. Bekijk na het beantwoorden eens uw algemeen beeld. Is dat eerder positief of negatief?
1) Als iemand zich tegen u zou uiten als holebi en/of transgender, wat zou uw eerste gedachte zijn?
2) Hoe zou u zich voelen als uw kind zich outte als holebi en/of transgender? Of uw moeder, uw vader, een broer of zus?
3) Zou u zich laten verzorgen door een huisarts van wie u vermoedt dat hij/zij holebi en/of transgender is als hij/zij van een ander geslacht is dan uzelf? En wat als hij/zij van hetzelfde geslacht is als uzelf?
4) Heeft u al ooit deelgenomen aan een holebi en/of transgender mars of evenement? Waarom wel? Waarom niet?
5) Kan u drie historische figuren opnoemen die transgender waren? Waarom wel? Waarom niet?
6) Heeft u ooit (mee)gelachen of een grap gemaakt overholebi en/of transgenderpersonen?
7) Heeft u ooit een holebi en/ of transgenderpersoon verdedigd, toen hij/zij het onderwerp werd van spot, of lastiggevallen werd? Waarom wel? Waarom niet?
8) Als u zichzelf niet identificeert als holebi en/of transgenderpersoon, hoe zou u zich voelen als anderen dachten dat u wel holebi en/of transgender was?