Introductie

Eigenlijk zijn fossiele brandstoffen dode planten of plankton. Zoals je misschien wel weet nemen planten de stof CO2 op en slaan ze dit in zichzelf op. Normaal komt de CO2 weer in de atmosfeer als de plant dood gaat. Maar dit gebeurt niet altijd. Het kan gebeuren dat de planten (of het plankton) niet wegrotten, omdat ze onder een laag aarde liggen bijvoorbeeld. Als je genoeg materiaal op deze manier bij elkaar hebt en je wacht lang genoeg, miljoenen jaren, wordt het materiaal omgezet in gas, steenkool of olie. Dit komt door de enorme druk van de aarde die van alle kanten drukt.

Fossiele brandstoffen worden opgespoord door de mens, maar omdat de voorraden beperkt zijn zullen deze ooit een keer opraken.

Fossiele brandstoffen worden de laatste eeuwen enorm gebruikt, denk maar aan de verwarming van een huis, de benzine van auto's en elektriciteitscentrales. Omdat het duizenden jaren duurt voordat fossielen in gas, kolen en ruwe olie veranderen, hebben we de laatste eeuwen vele malen sneller opgemaakt dan aangevuld.

Bij de verbranding ervan komt energie vrij, ook bekend als grijze stroom. Fossiele brandstoffen zijn maar één keer te gebruiken en zijn daarom niet duurzaam. Ook komt bij verbranding veel CO2 vrij, wat bijdraagt aan de opwarming van de aarde.   

De belangrijkste fossiele brandstoffen zijn:

Introductie Fossiele brandstoffen