3. Vormgeving

Mensen hebben een natuurlijke behoefte aan orde. Als er geen enkele vorm is, heerst er wanorde. Het ordenen van losse elementen kan op allerlei manieren gebeuren, afhankelijk van de mode.

Als ontwerper begrijp je deze soms irrationele behoefte van mensen, en je probeert er in je ontwerpen vorm aan te geven.

Over het algemeen kun je zeggen dat de vormgeving van de tuin moet aansluiten bij de stijl van het huis, zodat huis en tuin een eenheid vormen. Over smaak valt niet te twisten, maar over het algemeen blijkt dat eenvoudige vormen (vereenvoudiging) meer aanspreken dan ingewikkelde.

 

Vorm en functie

Vorm volgt functie. De vorm hangt af van de functie, daarom moet je weten wat de functie van een bepaald onderdeel in de tuin is, of gaat worden. De vorm hangt ook af van het gebruikte materiaal: wat je met hout kunt doen kan niet met staan, en andersom. Kennis van het materiaal waarmee je werkt is noodzakelijk.

Een vorm de functioneel is hoeft echter nog niet mooi gevonden te worden. Smaak bepaalt uiteindelijk de definitieve vorm.

De functie van beide bruggen is hetzelfde, maar de materialen bepalen de beleving.

 

Compositie

Compositie is ordening van diverse onderdelen tot een samenhangend geheel

Je hebt gezien dat vorm niet automatisch functie volgt. Tijdens het ontwerpproces worden de diverse onderdelen samengevoegd tot een goed sluitend geheel met een onderlinge samenhang.

Als ontwerper beoordeel je een compositie als volgt:

- Is er een consequent gebruik van vormen?

- Zijn er storende (niet-bedachte) restvormen? Wat kan ik doen om toch een eenheid te maken?

- Is er genoeg afwisseling in de compositie, passend bij de menselijke maat?

- Hoe beleef ik deze tweedimensionale tekening in drie dimensies?

- Is de compositie vanuit diverse standpunten in evenwicht?

Een compositie van Piet Oudolf

 

Ruimtelijke indeling

Een ruimte wordt interessanter als je deze indeelt in verschillende kleinere ruimtes waartussen een verband bestaat, maar ook een zeker verschil. Waren vroeger de tuinen vooral in het platte vlak ontworpen (twee dimensionaal), tegewoordig is de indeling meer drie dimensionaal. De statische opzet met symmetrie en een overzichtelijke, gelijkmatige indeling, heeft plaats gemaakt voor een dynamische aanpak. Je vindt daarin afwisselende vormen en maten met veel verrassende overgangen. De ruimte moet beleefd worden, je moet er doorheen lopen, hem ontdekken. Hierdoor lijkt de ruimte ook groter.

Bij het beoordelen van de ruimtelijke indeling heb je een isometrie, perspectieftekening of maquette nodig.

Een slimme manier om van een 2 dimensionale tekening een 3 dimensionale tekening te maken vind je in deze PowerPoint

 

De ruimtelijke indeling beoordeel je als volgt:

- Is er voldoende afwisseling tussen open en besloten plekken?

- Zijn er interessante (onder-)doorkijkjes, zichtlijnen, coulissen, beschutte plekken waar je je terug kunt trekken?

- Komt de beplanting bij deze ruimteverdeling tot zijn recht? Wat kan ik eventueel doen om dit te verbeteren?

- Past de ruimte massa indeling bij de behoefte van de gebruiker?

De grijze blokken (beplanting) brengen de ruimte massa verhouding in deze woonwijk in evenwicht

 

Harmonie en contrast

Harmonie is de juiste verhouding tussen vormen, kleuren, of ruimten.

In een omgeving waar alles in harmonie is, sluit alles op elkaar aan of is op elkaar aangepast. Te denken valt aan natuur, cultuur, stijl van het huis, kleurgebruik, gebruik van levende en dode materialen. Engelse tuinen staan bekend om hun bijzonder harmonieuze vormgeving.

Oud Engelse cottage

Binnen harmonie kan er wel contrast zijn, dat maakt het geheel interessanter. Goed gebruikt contrast versterkt de harmonie. Laat het contrast niet overheersen, dan verstoort het namelijk de harmonie. Eén bonte heester past goed, maar veel bonte heesters maken het geheel onrustig.

De oranjebruine daglelies maken een contrast met de hamonieuze kleuren. Zonder dit contrast zou de border minder interessant zijn