Wat moet je doen?

Beantwoord de onderstaande opdrachten.

Opdracht 1

 


Omdat dynamische modellen worden gebruikt om aan veranderingen te kunnen rekenen (met de computer) is het van belang de volgende begrippen te kennen:

- grootheid

- eenheid

- variabele

- constante

- diagram

- grafiek

- tijdstap.

Wil je weten wat deze begrippen betekenen, klik dan hier voor de uitleg. Heb je alles begrepen, test je zelf aan de hand van opdracht 2.

 

 

 

Klik hier 

 

Opdracht 3

Als je een lege emmer (10 liter) onder een stromende kraan zet, loopt hij vol. Bij een gegeven instroom (in liter/seconde) kun je uitrekenen hoeveel water er op elk tijdstip t in de emmer zit.

Bij een normale kraan stroomt er 9,0 liter water per minuut uit de kraan.
Hoeveel liter water stroomt er per seconde uit de kraan?

Plaats hier je muis

 

Opdracht 5

 

Neem aan dat de emmer niet lekt en dat de instroom 0,15 L/s is.

Welke grafiek geeft de hoeveelheid water in de emmer als functie van de tijd juist weer?

 

Plaats hier je muis

 

Opdracht 6

Als het goed is heb je in de vorige opgave figuur A gekozen. Een figuur met een grafiek behorende bij een lineair proces. De vraag is of ook het leeglopen van water uit een emmer een lineair proces is. Stel je een volle emmer voor en een dichtgedraaide kraan. Nu maken we in de bodem van de emmer een gaatje.

Hoe verandert vervolgens de hoeveelheid water in de emmer in de loop van de tijd?

Plaats hier je muis