Intensiteit, inrichting en hygienische eisen

Er zijn verschillende ideeën over hoe en hoe vaak iets schoongemaakt moet worden afhankelijk van de intensiteit van het gebruik. Dat wil zeggen hoe vaak of hoelang je iets gebruikt. Bijvoorbeeld wordt het toilet gedeeld met veel mensen, of gaat het om het om het reinigen van een toilet bij iemand die alleenstaand is.

De inrichting speelt ook een rol bij het schoonmaken van een ruimte. Zo kun je een wastafel aantreffen waar alleen een beker en een tandenborstel op staat of een wastafel met veel losse spullen, zoals de foto’s hieronder.

http://www.alice-in-wonderland.net/weblog/wp-content/uploads/2010/04/badkamerkastje_0_voor.jpg https://a2.muscache.com/pictures/38983066/small.jpg

 

De hygiënische eisen die er gesteld worden zijn ook afhankelijk van welke ruimte er schoongemaakt moet worden en ook waar je schoonmaakt. Je kunt je voorstellen dat er verschillende eisen gesteld worden aan bijvoorbeeld een toilet van een winkel en een toilet van een ziekenhuiskamer.

Aan een badkamer en toilet worden hoge eisen gesteld, omdat bacteriën in zo’n ruimte goed kunnen groeien.

Als er vastgesteld wordt van  welk vuil er sprake is (losliggend vuil zoals kruimels of stof/licht gehecht vuil zoals vlekken van vruchtensappen of vet/sterk gehecht ingetrokken vuil zoals roest/bloedvlekken) kan er een schoonmaakmethode  uitgekozen worden.

Dus kies eerst uit hoe er schoongemaakt moet worden.  Bijvoorbeeld droog, klamvochtig of nat.

Daarna waarmee  er schoongemaakt wordt dat wil zeggen het schoonmaakmateriaal en schoonmaakmiddel. Verschil wordt gemaakt tussen reinigingsmiddelen, onderhoudsmiddelen en desinfectiemiddelen.