De schade-uitkering

Wanneer de klant openstaande premies heeft kan een schade-uitkering daar op de volgende manieren mee verrekend worden:

  1. Wanneer de verzekeringnemer dezelfde persoon is als de uitkeringsgerechtigde: alle openstaande premies mogen verrekend worden met de schadeuitkering.
  2. Wanneer de verzekeringnemer niet dezelfde persoon is als de uitkeringsgerechtigde: alleen de openstaande premie van de betereffende verzekering waarop de uitkering plaats vindt mag verrekend worden.
  3. Bij aansprakelijkheidsverzekeringen mag altijd alleen de openstaande premie worden verrekend van die betreffende polis. Op een verplichte aansprakelijkheidsverzekering mag niet worden verrekend.

 

Als een verzekeraar rechtsreeks aan de verzekeringnemer de schadeuitkering doet, moet de verzekeraar contact opnemen met de tussenpersoon om te horen of er nog openstaande premies zijn.

=> Als de verzekeringnemer = de uitkeringsgerechtigde, dan moet de verzekeraar de openstaande premies van alle verzekeringen verrekenen (aan de tussenpersoon betalen).

=> Als de verzekeringnemer en de uitkeringsgerechtigde niet dezelfde zijn, moet de verzekeraar alleen de premie voor die verzekering aan de tussenpersoon betalen. (zie voor meer info pag. 256 Welten)

 

Klachten over de afwikkeling van een schade bespreekt de klant eerst met de instantie die daarvoor verantwoordelijk is (verzekeraar of tussenpersoon). Als dit niet tot een bevredigend resultaat leidt ga je naar het KiFiD of SKGZ (zorgverzekeringen).

 

Samenloop

De belangrijkste regels bij samenloop zijn:

 

Waarborgfonds

Kijk voor een duidelijke uitleg van de werking van het Waarborgfonds Motorverkeer nogeens naar deze video:

 

 

Let op: Bij schades veroorzaakt door een onverzekerd voertuig en letselschade geldt geen eigen risico!

 

Artikel 185 WVW

Lees op pag. 260 van Welten nogeens de werking van artikel 185 WVW!

(pag 262 Welten: fout in voorbeeld links. "Zij kunnen de schade......artikel 6: 162 BW. => Zin moet eindigen op artikel 185 WVW).

 

Overmacht

Artikel 185 WVW stelt de sterkere verkeersdeelnemer aansprakenlijk ten opzichte van de zwakkere. Alleen wanneer sprake is van overmacht kan dit anders zijn.

Hieraan worden in de praktijk echter zeer zware eisen gesteld (blijkt uit jurisprudentie).

Een beroep op overmacht kan nooit worden gedaan wanneer het slachtoffer jonger is dan 14 jaar (behalve in gval van opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid).

Lees de twee voorbeelden links op pag. 263 van Welten. (50%-regel!)

Opdracht: zoek uit wat de Reflexwerking van artikel 185 WVW inhoudt.