Stap 1 - Spel spelen
Om alvast te kijken hoe een spel met negatieve getallen zou kunnen gaan kies je een van de twee spellen hieronder uit om te spelen met je groepje.
Kaartspel
Je gaat een kaartspelletje spelen. Het is een spel voor 2 tot 4 personen.
Van het kaartspel gebruik je alleen de kaarten waar de getallen op staan én de azen. De aas staat voor het getal 1. Dus de boeren, vrouwen en heren doen niet mee. In het spel zijn de rode kaarten de negatieve getallen en de zwarte kaarten de positieve getallen.
De deler schudt het spel en geeft iedere speler drie kaarten.
De rest van de kaarten liggen omgekeerd op een stapel.
Degene links van de deler mag beginnen.
De speler die aan de beurt is, pakt altijd eerst een kaart van de stapel.
Daarna mag hij een setje kaarten op tafel leggen als de som van de getallen van het setje nul is. Als de speler geen kaarten meer op tafel kan leggen is de speler die links van hem zit aan de beurt.
De eerste speler die aan het eind van zijn beurt geen kaarten meer over heeft, is de winnaar.
Ganzenbord
Nog een spel voor 2 tot 4 personen met negatieve getallen.
Teken de afbeelding van het ganzenbord over op een A4-vel.
Maak 20 kaartjes met een '+' of een '-' er op.
Pak pionnen of maak zelf pionnen. Iedere speler heeft een pion nodig, hiervoor kan je bijvoorbeeld een gum gebruiken.
Speel het spel als volgt:
> Iedere speler begint op '0'. Bepaal wie mag beginnen.
> Degene die begint, gooit met de dobbelsteen en trekt een '+' of '-' kaart.
Dat kaartje bepaalt de richting waarin hij gaat 'lopen'. De speler doet het
aantal stappen dat hij heeft gegooid in de positieve of negatieve richting.
> Na speler 1 is speler 2 aan de beurt, etc.
> De winnaar is degene die het eerst een 'finish'-vak bereikt.