Kijken

Het eerste wat je doet wanneer je een urine onderzoek binnen krijgt is kijken. Je let hierbij dan op de volgende kenmerken:

  1. De kleur
  2. Het volume
  3. De geur
  4. De helderheid
  5. Schuim

ad 1, De kleur

Normaal is urine van een gezond dier geel. Afwijkingen hiervan kunnen de volgende betekenis hebben:

ad 2, het volume

Het volume van de urinemonster wordt alleen belangrijk wanneer er nie voldoende urine geproduceerd kan worden door het dier.

ad 3, de geur

Verse urine van een gezonde hond stinkt niet. De urine van een kat (vooral katers!) heeft natuurlijk wel een redelijk penetrante geur. Bepaalde geuren zijn duidelijk afwijkend. Zo wijst een ammoniakgeur op een bacteriele infectie van de urinewegen, of op niet verse urine. Een rottingslucht ontstaat bij veel eiwit in de vorm van bloed of etter in de urine. Een acetonlucht wijst op ketonlichamen in de urine. Ketonlichamen ontstaan bijvoorbeeld bij gecompliceerde suikerziekte bij de kat of bij leververvetting bij de kat ten gevolge van langdurige anorexie

ad 4, de helderheid

Normale urine van hond en kat is helder. Urine van cavia’s en konijnen is van nature troebel. Bij deze dieren is een heldere urine zelfs afwijkend!

Troebele urine bij hond en kat ontstaat door de aanwezigheid van cellen, slijm of gruis. Troebele urine is altijd een reden om het sediment (de bezinking) van de urine te gaan bekijken!

ad 5, schuim

bij het schudden van een urinemonster zal altijd wat schuim ontstaan. Normaal gesproken is dit schuim snel weer verdwenen. Blijft het schuim staan, dan duidt dit op eiwit in de urine. Op de betekenis van eiwit in de urine komen we later nog terug. Is het schuim geelbruin tot geelgroen dan kan het ook een gevolg zijn van de aanwezigheid van galzouten in de urine, hetgeen voorkomt bij een leveraandoening.