Eindopdracht: Rollenspel

Je gaat het thema 'Buitenspel' afronden.
Als eindproduct bij dit thema speel je met een groepje van vier leerlingen een situatie na waarbij iemand het slachtoffer is van pestgedrag.
Bedenk alvast met wie je dit zou kunnen doen, en welk voorbeeld jij zou kunnen bedenken van een pestsituatie.

Het is de bedoeling dat de situatie zoveel mogelijk met behulp van lichaamstaal, dus zonder tekst, wordt uitgespeeld. Bedenk dus goed welke houdingen en gebaren daarbij horen.
Denk ook goed na over de rolverdeling: dader / slachtoffer / meeloper / opvoeder / vriend(in) ...

De situatie hoeft zich niet per se op school af te spelen. Probeer ook eens andere situaties te bedenken waarin iemand wordt buitengesloten. Bedenk ook hoe zo'n situatie kan veranderen.

Bekijk eventueel het filmpje nog eens om te zien, hoe iedereen in dit filmpje zijn rol uitbeeldt met behulp van lichaamstaal.

Lees voor je begint de opdracht een keer helemaal door.

Groepsgrootte: Je werkt met een groepje van vier leerlingen.
Tijd: Voor de voorbereiding en de uitvoering heb je 2 à 3 lesuren.
Benodigdheden: Attributen voor tijdens het rollenspel.

Stap 1

Bedenk samen een boeiende en levensechte situatie waarin er sprake is van pesten.
Bedenk hoe je zonder woorden kunt laten zien hoe deze situatie zich ontwikkelt tot een uitbarsting of oplossing.
Zorg dat de voorstelling maximaal vijf minuten duurt.

Noteer jullie ideeën en verdeel de taken: script schrijven / regisseren / rolverdeling.

De regisseur en scriptschrijver werken het verhaal uit op papier of tekstverwerker. De andere spelers bespreken hoe hun rollen het best kunnen worden uitgebeeld en oefenen daarmee.

Toneelstuk maken

In een toneelstuk worden drama en actie met elkaar gecombineerd en heb je te maken met personages en taal.

 

Stap 2

De regisseur neemt de leiding bij het inoefenen van de voorstelling.
Bespreek eerst het script uitgebreid en verwerk eventuele nieuwe ideeën of verbeteringen.
Speel stukje voor stukje de situatie uit en help elkaar om dit zo goed mogelijk te doen.
Probeer echt samen te spelen en niet alleen je eigen rol te benadrukken.
Oefen ook een keer samen met buitenstaanders om te zien hoe het verhaal overkomt.

Ten slotte ben je klaar voor de uitvoering.
Hebben jullie een goede naam voor de voorstelling bedacht, die het verhaal goed samenvat?

De uitvoering vindt plaats tijdens het tweede lesuur, in overleg met de docent.

Afronden

Klaar? Laat je eindproduct beoordelen. Bij de beoordeling wordt gebruik gemaakt van deze rubrics.
Inhoud max. 50 punten
Goed Het verhaal komt goed over bij het publiek. Je kunt je inleven in wat er gebeurt als iemand gepest wordt. Ook de rol van de andere drie spelers komt geloofwaardig over. Het verhaal kent een duidelijk verloop met begin, midden en einde.
Voldoende Het verhaal gaat herkenbaar over een pestsituatie en de spelers doen hun best om hiermee een verhaal te vertellen waarbij verschillende rollen duidelijk worden.
Onvoldoende De situatie of het verhaal zijn onduidelijk of ongeloofwaardig. Er is te weinig inleving bij de acteurs. Sommige spelers hebben geen duidelijke rol.
Vorm max. 50 punten
Goed De voorstelling is verrassend of origineel van aanpak; het publiek wordt erin betrokken door goed acteerwerk. Er wordt goed gebruik gemaakt van de ruimte.
Voldoende De voorstelling is goed aangepakt. De acteurs weten hun rol duidelijk neer te zetten door de juiste gebaren of andere middelen.
Onvoldoende De voorstelling is rommelig. Het acteerwerk is onder de maat. Het lukt niet goed om het verhaal door lichaamstaal over te brengen.