Wat vond je van de introductievideo? Snapte je gelijk wat een aanwijzend voornaamwoord is?
Kan ik wat ik moet kunnen?
Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.
Kon je vier verschillende zinnen maken met aanwijzende voornaamwoorden die zelfstandig en niet zelfstandig gebruikt worden?
Hoe ging het?
Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 1 lesuur met de opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor alle oefeningen of was je op tijd klaar?
Eindopdracht
Had je een goede score voor de toets? Dan kun je het aanwijzend voornaamwoord goed toepassen!
Extra opdracht
Heb je de extra oefeningen gemaakt? Heb je de zeven zinnen vergeleken met je klasgenoot?