Activiteiten
| Aan de slag | ||
| Stap | Activiteit | |
| Stap 1 | en ![]() |
Bestudeer de Kennisbank. Download het werkblad en onderstreep de aanwijzende voornaamwoorden. |
| Stap 2 | ![]() |
Bekijk de meest gebruikte aanwijzende voornaamwoorden. Maak de oefening |
| Stap 3 | en ![]() |
Schrijf vier zinnen met zelfstandig en niet-zelfstandig gebruik van een aanwijzend voornaamwoord. Vergelijk mijn zinnen met een klasgenoot. |
| Stap 4 | en ![]() |
Maak zinnen met andere aanwijzende voornaamwoorden. Vergelijk mijn zinnen met die van een klasgenoot. |
| Afronding | ||
| Onderdeel | Activiteit | |
| Samenvattend | ![]() |
Hier vind ik de Kennisbanken die horen bij deze opdracht. |
| Eindopdracht | ![]() |
Maak de eindtoets: 'Aanwijzend voornaamwoord'. |
| Extra opdracht | ![]() |
Maak eventueel de extra opdrachten. |
| Terugkijken | ![]() |
Terugkijken op de opdracht. |
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer één lesuur nodig.