"Freizeit ist die frei zur Verfügung stehende Zeit des Menschen, vor allem im Vergleich zur Arbeitszeit."
Mooi ingewikkeld, toch?
Hoe zou jij het woord 'Freizeit' beschrijven?
Opdracht A
Werk in een groepje: Schrijf in het midden van een (groot) vel papier het woord FREIZEIT en daaromheen allemaal Duitse woorden die met vrije tijd te maken hebben.
Bekijk ook de resultaten van de andere groepjes.
Opdracht B
Maak een lijstje (in het Duits) van wat jij in je vrije tijd allemaal doet.
Vergelijk je lijstje met de lijstjes van de andere leerlingen.
Schrijf de vijf vrijetijdsactiviteiten, die het vaakst genoemd zijn, op.
Opdracht C - 1
Schrijf op hoeveel vrije tijd je in totaal per week hebt.
Maak hier een cirkeldiagram (taart verdeeld in taartpunten).
Vermeld hier de volgende informatie (in uren per week):
zelfstudie (huiswerk)
bijbaantje
huishoudelijk werk
zorg voor je broers en/of zussen
hobby's (welke, wanneer, hoe vaak)
Gebruik deze woorden:
Hausaufgaben, lernen
(der) Nebenjob, arbeiten
im Haushalt helfen
auf die Geschwister (die Schwester, den Bruder)aufpassen
Hobbys, lesen, Sport treiben...
Opdracht C - 2
Zoek een gesprekspartner. Vul door vragen te stellen een diagram voor je gesprekspartner in.
Wie viel Freizeit hast du?
Wie lange ... du?
Wie oft ... du?
Was machst du am meisten in deiner Freizeit?
Was machst du am wenigsten in deiner Freizeit?
Vergelijk de diagrammen. Zien ze er ongeveer hetzelfde uit?