Naamwoordelijk gezegde oefening
Lees deze uitleg over het naamwoordelijk gezegde.
Bekijk de volgende tabel.
Maak een kopie van het werkblad in je eigen omgeving (Bestand - Een kopie maken...) of download het werkblad (Bestand - Downloaden als).
Kijk of er in de zinnen een naamwoordelijk gezegde zit. Wanneer dit het geval is, vul je erachter het werkwoordelijk deel (ww) en naamwoordelijk deel (nw) in.
|
1. Jonas wordt later architect. |
ww = ............... |
|
2. Hij lijkt me heel geschikt. |
ww = ............... |
|
3. Die monteur blijkt heel goed in zijn werk. |
ww = ............... |
|
4. De verdwenen bedrijfsleider bleek op Aruba te zijn. |
ww = ............... |
|
5. De auto wordt waarschijnlijk morgen opgehaald. |
ww = ............... |
|
6. Hij werkt al jaren als huisarts in Katwijk. |
ww = ............... |
|
7. Waarom zijn die beesten zo vreselijk bang? |
ww = ............... |
|
8. Dat komt mij erg ongeloofwaardig voor. |
ww = ............... |
|
9. De inbreker moet morgen voorkomen bij de politierechter. |
ww = ............... |
|
10. Dat is een uitstekende oplossing. |
ww = ............... |