Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met de armoedegrens en waarom armoede een relatief begrip is.
Aan de slag |
||
Stap |
Activiteit |
|
Stap 1 |
|
Je leert het verschil tussen absolute en relatieve armoede. Je bekijkt een video over armoede in Nederland. Daarna ga je met een klasgenoot verschillende standpunten over armoede bespreken. Maak een mindmap. |
Stap 2 |
|
Je luistert naar interviews op een site van mensen die onder de armoedegrens hebben geleefd en beantwoordt daar twee vragen over. |
Stap 3 |
|
Bestudeer de pagina over armoedegrens in de Kennisbank. Je gaat een drietal leefsituaties beoordelen m.b.t.de armoedegrens in dat land. |
Stap 4 |
|
Je leest over de betrouwbaarheid van bronnen op internet. Je zoekt op internet cijfers over de armoede in Nederland. |
Afronding |
||
Onderdeel |
Activiteit |
|
Begrippen |
|
Leer de begrippenlijst. |
Eindopdracht |
|
Eindproduct naar keuze over de armoede in Nederland. Gebruik de mindmap en de op internet opgezochte cijfers. |
Terugkijken |
|
Terugkijken op de opdracht. |
Benodigdheden
Het materiaal dat je bij deze opdracht nodig hebt, hangt af van je eindproduct.
Tijd
Voor de opdrachten bij dit onderwerp heb je ongeveer 2 uur nodig.