Omega-3-eieren

Tegenwoordig zijn zogenoemde omega-3-eieren te koop (figuur 1). Op de verpakking staat dat deze eieren zijn “verrijkt met omega-3-vetzuren”.

Uit deze tekst zou kunnen worden opgemaakt dat de eieren “vrije vetzuren” bevatten. Dat is echter niet het geval. De vetzuren worden pas tijdens de spijsvertering gevormd uit een bepaald soort voedingsstof.

Behalve vetzuren ontstaat hierbij nog een andere stof.

Vetzuren worden in het menselijk lichaam gebruikt als bouwstof en als brandstof.

Omega-3-vetzuren zijn onverzadigde vetzuren. Een voorbeeld van een omega-3-vetzuur is α-linoleenzuur (zie Binas-tabel 67B2).
De aanduiding omega-3 geeft informatie over de plaats van de eerste C = C binding in een molecuul van een onverzadigd vetzuur, geteld vanaf het CH3 uiteinde. 
Twee bekende omega-3-vetzuren hebben de afkortingen EPA en DHA.

De structuurformule van EPA staat hieronder.

Informatie over de structuur van vetzuurmoleculen kan met een code worden weergegeven.
EPA heeft de code C 20 : 5 (ω-3). Hierin is ω de Griekse letter omega.
Deze code bevat de volgende informatie over een molecuul EPA:
- het totale aantal C atomen;
- het aantal C = C bindingen;
- de plaats van de eerste C = C binding, geteld vanaf het CH3 uiteinde.
DHA heeft de code C 22 : 6 (ω-3) en de formule C21HnCOOH.

Omega-3-eieren leveren per stuk ten minste 110 mg omega-3-vetzuren.
Volgens de Gezondheidsraad moet je gemiddeld per dag 450 mg omega-3-vetzuren binnenkrijgen.

Verspreid over de week eet Bettina drie omega-3-eieren.