Fotosynthese

Van glucose kun je geen plant opbouwen. Als dat zo was, zou elke plant lekker zoet moeten smaken en oplossen in de regen (glucose lost immers goed op in water).

Een plant kan van de gevormde glucose andere stofjes maken, zoals eiwitten en vetten. Daarvoor heeft de plant dan wel mineralen nodig. Deze neemt hij op met de wortels.

Het proces in de bladeren, waarbij in de bladgroenkorrels glucose wordt gevormd uit water, koolstofdioxide en licht, noemen we: FOTOSYNTHESE.

 

 

Planten zijn dus is staat om hun eigen voedsel te maken door middel van fotosynthese. Voor al het leven op aarde is dit een heel belangrijk proces.
Als je op de onderstaande link klikt, zie je nog eens hoe de plant dat doet en wat hij daarvoor nodig heeft.

http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20100402_fotosynthese01

Waarvoor gebruikt de plant de glucose die tijdens de fotosynthese gemaakt is?
Alle levende cellen hebben energie nodig. Glucose is de belangrijkste brandstof die deze energie levert.
Als de omstandigheden gunstig zijn (veel licht en water), maakt de plant veel glucose. Veel meer dan deze zelf nodig heeft. Wat er teveel gemaakt wordt, zet de plant om in zetmeel.
Zetmeel wordt vaak in de wortels opgeslagen in knollen, bollen en verdikte wortels.
Het wordt ook meegeven aan de jonge plantjes in de zaadlobben.

Glucose is ook een belangrijke bouwstof voor de plant. Van glucose kan de plant allerlei andere stoffen maken. Bijvoorbeeld cellulose en houtstof voor de celwanden.