Je gaatecologisch onderzoek doen naar het tolerantiegebied van pekelkreeftjes en hetoptimum voor zout, d.w.z. de meest gunstige zoutwaarde voor groei en ontwikkeling.
Opdracht 2.1
Een ecologisch onderzoek naar het tolerantiegebied van pekelkreeftjes (Artemia salina) en het optimum voor zout
Groepsopdracht (2 personen)
(a) Verzamel het materiaal:
vijf bekerglazen
water
zout (NaCl)
gist
eitjes van pekelkreeftjes (verkrijgbaar bij de dierenwinkel)
microscoop met oculairmicrometer
(b) Werkwijze:
Maak een oplossing van 2 gram zout in 1 liter water in bekerglas 1.
Meng goed, doe de helft in bekerglas 2.
Vul de overgebleven helft aan met ½ liter water. Meng goed, doe de helft in bekerglas 3.
Vul de overgebleven helft aan met ½ liter water. Meng goed, doe de helft in bekerglas 4.
Giet ½ liter water in bekerglas 5.
Weeg 0,25 gram eitjes van de pekelkreeft af. Doe deze in bekerglas 1.
Herhaal deze stap voor de andere bekerglazen.
Zet de bekerglazen weg bij een temperatuur van 24-26 graden Celsius om de eitjes zich te laten ontwikkelen.
Als de eitjes uitkomen, voeg dan 0,2 gram gist in poedervorm toe aan ieder bekerglas.
Voeg steeds nieuwe gist toe als dat op is.
Na 2½ week meet je de grootte van15 pekelkreeftjes per bekerglas. Daartoe neem je druppels uit het betreffende bekerglas en breng je die op een objectglas met ingeslepen holte. Met een oculairmicrometer bepaal je van elk kreeftje de lengte van de kop tot het puntje van de staart.
Bereken voor ieder bekerglas de gemiddelde lengte, geef je resultaten weer in een staafdiagram.
Trek conclusies over tolerantiegebied en optimum.
(c) Schrijf een verslag van deze proef. Ga naar de website http://primarypad.com/ , open een document en maak het verslag gezamenlijk (in real time) op de computer.
(d) Sla het document op onder het kopje 'Portfolio e-klas ecologie'.