In deze e-klas gaat het over het onderwerp ecologie. In de ecologie bestudeert men de samenhang in de natuur, d.w.z. de relaties tussen organismen onderling en de relaties tussen organismen en de niet-levende natuur, zoals water, mineralen, bodemgesteldheid en temperatuur. In de natuur zijn alle organismen van elkaar afhankelijk. Planten leven van stoffen uit dode resten, die door bacteriën en schimmels vrij worden gemaakt. Konijnen eten planten en zelf zijn ze voedsel voor vossen. Als een organisme dood gaat dan zijn de resten weer voedsel voor bacteriën en schimmels en is de kringloop rond.
Een gebied met alle organismen die daar in leven heet een ecosysteem. Een duinlandschap is bijvoorbeeld een ecosysteem. De Waddenzee is een ecosysteem. En zelfs een aquarium in een dierenwinkel zou je een ecosysteem kunnen noemen. Het doel van deze e-klas is te laten zien hoe een ecosysteem werkt. Je leert hoe de relaties in een ecosysteem in elkaar zitten en hoe organismen en niet-levende natuur elkaar kunnen beïnvloeden. Deze kennis is nodig om als dierenwinkelier, duinbeheerder of onderzoeker een ecosysteem optimaal te laten functioneren.
De opbouw van de e-klas Dynamische Ecologie is simpel: het gaat van klein naar groot. In de hoofdstukken 1 en 2 start je in een dierenwinkel en bestudeer je de kennis die nodig is om een aquarium optimaal te laten functioneren. In de hoofdstukken 3 en 4 bestudeer je het leven in grote aquaria in dierentuinen, zoals Diergaarde Blijdorp en Burgers' Zoo. In hoofdstuk 5 wordt de vraag gesteld of een aquarium optimaal kan functioneren zonder verzorging door de mens. Je verruimt daarna je blik en bestudeert in de hoofdstukken 6, 7 en 8 de dynamische ecologie in sloot, meer, zee en oceaan om te eindigen met Systeem Aarde.
Veel plezier,
René Westra en Arjan de Graaf