Er bestaan veel spreekwoorden en gezegden waarin varkens het onderwerp zijn. Doe een rondje door de klas en vraag iedere leerling of deze een spreekwoord of gezegde weet. En weten ze ook wat het spreekwoord of gezegde betekent? Hieronder staan vast enkele voorbeelden:
Zo lui zijn als een varken – Erg lui zijn.
Schreeuwen als een mager speenvarken – Met veel kabaal de aandacht trekken.
Eten als een varken – Ongemanierd eten.
Zo vet als een varken – Erg dik zijn.
Het feestvarken zijn – Degene zijn waarom het feest wordt gevierd.
We zullen dat varkentje wel even wassens – We zullen dat moeilijke karwij wel opknappen.
Dat slaat als een tang op een varken – Dat slaat nergens op.
Twee ruggen uit een varken willen snijden – Uit een ding dubbel het voordeel willen halen.
De vuilste varkens willen ’t beste stro. – Wie het thuis maar heel eenvoudig heeft, is bij een ander veeleisend.
Die een varken ringen wil, moet zich het gieren (schreeuwen) getroosten. – Wie een zaak aanpakt, moet zich niet storen aan de moeilijkheden. .
Elk varken heeft wel een krul in zijn staart. – Zelfs de eenvoudigste man heeft nog wel iets waarop hij trots kan zijn.
Een vet varken weet niet, dat een mager varken honger heeft. – Wie zelf genoeg van alles heeft, denkt niet aan de behoeften van een ander.
Het varken is op een oor na gevild. – Het is bijna afgerond.
Het varken is vet. – Er is een goed gedekte tafel.
Hij hangt er tegen als een varken dat geringd wordt. – Hij ziet er vreselijk tegenop.
Hij is bij de varkens grootgebracht. – Hij kan zich niet netjes gedragen.
Hij is een ijzeren varken. – Hij is erg sterk.