Slingerplanten groeien tegen een voorwerp door er omheen te draaien. Deze groep kan niet uit zichzelf tegeneen muur groeien. Voorbeelden zijn de blauwe regen (Wisteria) en de kamperfoelie(Lonicera).
Slingerplanten zijn erg moeilijk te snoeien, omdat de takken overal omheen draaien. Snoei is vaak niet noodzakelijk. De blauwe regen wordt wel gesnoeid. Jonge scheuten worden sterk ingekort, Op de korte stukjes zal de blauwe regen bloemscheuten maken.