Wetenschappelijk onderzoek

Je kunt niet zomaar een betere accu voor je smartphone maken. En je hebt ook niet in één dag een manier gevonden om energie uit water te halen. Hier gaat heel veel onderzoek aan vooraf. Dit wetenschappelijk onderzoek is vaak op dezelfde manier opgebouwd. Bij veel beroepen kun je hier later mee in aanraking komen en zelfs op de middelbare school doe je al een zelfstandig onderzoek, het profielwerkstuk. Het goed doen van wetenschappelijk onderzoek is dan ook een belangrijke, maar geen gemakkelijke vaardigheid. Je maakt in dit project kennis met een aantal belangrijke stappen bij het doen van wetenschappelijk onderzoek. Echt onderzoek duurt natuurlijk veel langer dan één week. Daarom kijken we naar een aantal vaardigheden.

Onderzoek doe je natuurlijk niet zomaar. Onderzoek kost tijd en geld en het moet dus ook iets opleveren. Er moet dus wel een aanleiding zijn voor onderzoek. Vaak is dit een probleem, zoals het opraken van de fossiele brandstoffen. We willen wel tijd en geld besteden aan het oplossen van dat probleem. Denk aan bedrijven als Shell en BP, die willen alternatieven hebben, als de olie op raakt. Er zijn vaak te veel mogelijke oplossingen voor een probleem om in één onderzoek te onderzoeken. Daarom moeten we een onderzoek eerst specifieker maken. Dit kun je doen met behulp van een onderzoeksvraag. Je probeert dan een specifieke vraag te stellen, die je met jouw onderzoek wilt beantwoorden. Voordat je experimenten gaat doen is het belangrijk dat je nadenkt over het resultaat dat je wilt bereiken. Hier kan een hypothese bij helpen. Je probeert in de hypothese al een antwoord te bedenken op de onderzoeksvraag: wat verwacht je dat de uitkomst zal zijn?

Vervolgens ga je experimenten doen. Het is belangrijk dat je goed bedenkt welke experimenten je wilt doen en wat je daarmee wilt bereiken. Je moet daarom een goede werkwijze maken, waarin je beschrijft welke experimenten je gaat doen. De experimenten leveren vervolgens resultaten op. Het is belangrijk dat je die resultaten goed verwerkt. Iemand anders moet immers ook kunnen begrijpen wat de uitkomsten van jouw experimenten zijn. Je sluit je onderzoek vervolgens af met een conclusie. Hierin probeer je met je resultaten een antwoord op je onderzoeksvraag te geven. Zo’n conclusie roept meestal weer een heleboel andere vragen op. Deze nieuwe vragen leiden vaak tot nieuw onderzoek.

Alle stappen, die jullie tegen gaan komen (onderzoeksvraag, hypothese, werkwijze, resultaten en conclusie) noemen we de natuurwetenschappelijke methode. Deze methode is geen garantie voor succes, maar helpt onderzoekers wel om een valide en betrouwbaar onderzoek te doen. Wat is dan een valide en betrouwbaar onderzoek? Een onderzoek is valide als de experimenten en de conclusie proberen om de onderzoeksvraag goed te beantwoorden. Je stelt immers een goede onderzoeksvraag om op zoek te gaan naar het antwoord hierop. Een onderzoek is betrouwbaar als de resultaten van je onderzoek reproduceerbaar zijn. Als iemand jullie experiment nog een keer doet, moet het onderzoek dezelfde resultaten opleveren.

Een onderzoek doe je meestal niet alleen en is ook belangrijk voor andere mensen. Daarom gaan jullie als groep een onderzoek doen en de resultaten hiervan aan het eind presenteren.