Tekstdoel

Leerdoelen
De leerling kan van een minder eenvoudige tekst (fictie of non-fictie) het tekstdoel bepalen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de tekstdoelen amuseren, informeren, overtuigen en activeren.
 
Lesmateriaal per leerdoel
De leerling kan van een minder eenvoudige tekst (fictie of non-fictie) het tekstdoel bepalen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de tekstdoelen amuseren, informeren, overtuigen en activeren.

UITLEG - Hoofdstuk 5, paragraaf Lezen, pagina 175 en 176

 

UITLEG - Tekstdoel en tekstsoort
Geschreven uitleg over de tekstdoelen amuseren, informeren, overtuigen en overhalen/activeren en de bijbehorende tekstsoorten (tekstvormen).

UITLEG en OEFENING - Tekstdoelen
Les met uitleg, oefeningen en een eindopdracht over de tekstdoelen informeren, aansporen, amuseren en overtuigen (aangegeven duur: drie lesuren).

UITLEG en OEFENING - Doel en bruikbaarheid van teksten
Les met uitleg, oefeningen en een eindopdracht over het doel en de bruikbaarheid van teksten (aangegeven duur: twee lesuren).

 

UITLEG en OEFENING - Tekstsoorten en leesstrategieën
Geschreven uitleg en oefeningen over tekstsoorten en leesstrategieën.

UITLEG en OEFENING - Tekstdoelen 1
Geschreven uitleg over tekstdoelen en tien oefenzinnen waarvan het tekstdoel moet worden aangegeven. Digitaal via een meerkeuzemenu en direct te controleren.

UITLEG en OEFENING - Tekstdoelen 2
eschreven uitleg en oefeningen over tekstdoelen. De oefeningen moeten in Word of op papier worden gemaakt en door de docent worden gecontroleerd.

OEFENING - Tekstdoelen 1
Oefeningen waarbij een tekst moet worden gelezen (via bijgevoegde link) en vervolgens het juiste doel van deze tekst moet worden gekozen. Direct te controleren.

OEFENING - Tekstdoelen 2
Oefening waarbij door middel van oriënterend lezen van verschillende teksten het tekstdoel moet worden bepaald. Direct te controleren.

 

UITLEG - Tekstdoelen

Geschreven uitleg met een overzicht van tekstoelen.