4.4: Vergelijkingen oplossen

Wat ga je doen?

  1. Maak de volgende opgaven, lees onder wat je voor elke opgave moet doen:

a.   Y1 = -x + 6

      Y2 = 3x -8

b.   P1 = 7h - 12

      P2= h + 36

c.   Z1 = 6w - 7

      Z2 = 4w - 21

d.  P1 =  3q + 3

     P2 = 8q - 22

 

Voor elke opgave maken:

  1. Bereken het snijpunt.
  2. Teken de grafiek
  3. Wanneer zit Y1 onder Y2

In de les krijg je tien minuten de tijd om in tweetallen de huiswerkopgaven te bespreken aan de hand van de uitwerkingen. Het is de bedoeling dat je verbetert en dat je begrijpt wat je verkeerd hebt gedaan. Na deze tien minuten mag je vragen stellen aan de docent.

Uitwerkingen 4.4