Het Vigenère-cryptosysteem werd in 1553 bedacht door Giovanni Batista Belaso, maar vernoemd naar Vigenère, die het systeem verbeterde. Belaso gebruikte een tabel bestaande uit 26 schuifsystemen volgens het Caesarmodel met op de 26e rij het klare alfabet. We noemen dit het Vigenère vierkant.
Belaso voegde vervolgens aan het systeem een sleutelwoord toe, de feitelijke sleutel van het systeem. Dit sleutelwoord schreef hij boven de klare tekst en herhaalde dat steeds tot het einde van de tekst. De letters van het sleutelwoord bepaalden vervolgens welke rij gebruikt zou moeten worden om de klare letter te versleutelen.
Bijvoorbeeld: het sleutelwoord is VRIENDSCHAP. De tekst is lieve schat ik houd van jou.
sleutelwoord:V R I E N D S C H A P V R I E N D S C H A P
klare tekst: l i e v e s c h a t i k h o u d v a n j o u
code tekst: 11 08 04 21 04 18 02 07 00 19 08 10 07 14 20 03 21 00 13 09 14 20
sleutelcode: 21 17 08 04 13 03 18 02 07 00 15 21 17 08 04 13 03 18 02 07 00 15
somrij: 06 25 12 25 17 21 20 09 07 19 23 05 24 22 24 16 24 18 15 16 14 09
cijfertekst: G Z M Z R V U J H T X F Y W Y Q Y S P Q O J
De cijfertekst is dus GZMZR VUJHT XFYWY QYSPQ OJ.
Hierbij volgen we de afspraak om de cijfertekst weer te geven in groepjes van 5 letters. Het voordeel daarvan is dat de zinsstructuur niet langer herkenbaar is, wat het voor de codebreker nog moeilijker maakt.
Afspraak:
De cijfertekst wordt weergegeven in groepjes van 5 (hoofd)letters zonder leestekens.
Opgave 1
a) Gebruik het Vigenère vierkant om de zin 'cryptografie is cool' te vercijferen volgens het Vigenère-systeem met het codewoord AUDI.
b) In het codewoord zit een A die dus eigenlijk niets met de klare letters doet. Maakt dit het codewoord zwakker?