Basesterkte

Basen en basische oplossingen.

Analoog aan de zuursterkte van een zuur spreken we van de basesterkte van een base. Deze wordt
bepaald door de baseconstante K van de base.
Voor de base NH3 geldt:

Hoe zwakker een base, des te kleiner is zijn Kb-waarde (het evenwicht van de reactie met water ligt sterk naar links).
Bij gelijke molariteit levert een zwakkere base minder OH- dan een sterkere base.
Bij gelijke molariteit is de pH van een oplossing van een zwakkere base dus lager dan die van een sterkere base.

 

BINAS

In BINAS tabel 49 staat een groot aantal basen, gerangschikt naar opklimmende Kb-waarde
(pKb = - log Kb).
Hoe groter de waarde van Kb des te sterker de base.
Helemaal onderaan de tabel staan enkele sterke basen. Dat zijn basen die sterker zijn dan de base OH-.
Deze basen reageren volledig met water (aflopende reactie): de sterkte is onbepaald groot (Kb >> 1).
Alle basen die boven OH- staan, noemen we zwak. Zwakke basen reageren slechts gedeeltelijk met water (evenwichtsreactie).
Tussen de zwakke basen onderling zijn grote verschillen.
De tabel begint met een aantal basen die zwakker zijn dan de base water.
In water zullen ze nooit H+-ionen opnemen en blijven onveranderd.
Ze genereren géén basische oplossing.
Het OH--ion zelf rekenen we ook tot de sterke basen (Kb = 55,4).