Zure oplossingen
Zure oplossingen hebben de volgende gemeenschappelijke eigenschappen:
1. Ze hebben een zure smaak.
2. Ze geven bepaalde kleurstoffen (indicatoren) een kenmerkende kleur.
3. Ze reageren met onedele metalen onder ontwikkeling van waterstofgas.
4. Ze zijn elektrisch geleidend.
5. Bij elektrolyse ontstaat aan de negatieve elektrode waterstofgas.
De zure eigenschappen van een zure oplossing worden veroorzaakt door H+-ionen (protonen).
Een H+-ion in water is altijd gebonden aan een watermolecuul.
Het samengesteld ion dat zo ontstaat is het oxoniumion, H3O+(aq), ook vaak hydroniumion genoemd.
Voorbeelden van zure oplossingen zijn: azijn, citroensap, maagzuur en zoutzuur.
Basische oplossingen
Basische oplossingen hebben de volgende kenmerkende eigenschappen:
1. De smaak is bitter, scherp en zeepachtig.
2. Ze ontzuren zure oplossingen.
3. Ze geven bepaalde kleurstoffen (indicatoren) een kenmerkende kleur.
4. Ze zijn elektrisch geleidend.
5. Ze voelen slijmerig aan op de huid (slijmvorming door het oplossen van eiwitten).
Een basische oplossing (verouderde term: alkalische oplossing) bevat altijd veel hydroxide-ionen,
OH-(aq).
Voorbeelden van basische oplossingen zijn: natronloog, kalkwater en ammonia.
Neutrale oplossingen
Neutrale oplossingen hebben noch zure, noch basische eigenschappen.
Een neutrale oplossing bevat precies evenveel H3O+- als OH--ionen.
De concentraties van deze ionen zijn echter zo laag, dat zij alleen met zeer gevoelige apparatuur zijn aan te tonen.
Voorbeelden van practisch neutrale oplossingen zijn: suikerwater, pekel (oplossing van keukenzout), zeewater, kraanwater, jenever (water-ethanol mengsel).