10.2 Debatteren in de wetenschap
Hoe bepaal je wie gelijk heeft?
In de wetenschap kan niet altijd alles (op dat moment) met feiten gestaafd worden. Vaak zijn er verschillende modellen om een bepaald fenomeen te verklaren, modellen met elk verschillende mogelijkheden. Welk model kies je dan? In het geval van geocentrisme en heliocentrisme is er eeuwenlang gedebatteerd over de voors en tegens van deze modellen. Op het moment dat dit debat werd gevoerd waren de waarnemingen van de hemel ookniet voloende overtuigend om het debat in één keer te beslissen.
Een nog veel gebruikte methode om een beslissing te nemen over welk model je prefereert is het zogenaamde 'scheermesprincipe van Ockham' (Willem van Ockham, Engelsman, leefde van ongeveer 1300 tot 1350). Dit komt erop neer dat men bij verschillende goede mogelijkheden de eenvoudigste kiest, of die waar de minste extra aannames voor hoeven te worden gemaakt.
Een andere manier om tot een keuze te komen welk model moet worden gekozen is het principe van 'elegant' of 'mooi'. We zagen dat principe bijvoorbeeld bij de hemelmodellen van Ptolemaeus en Copernicus, die uitgaan van cirkelbewegingen. Veel mensen vonden de cirkel de meest volmaakte en eenvoudigste vorm. Welk model uiteindelijk het model wordt is niet altijd een weloverwogen keuze.
Een heel 'menselijke' manier van overtuigen is 'welsprekendheid'. Iemand kan gelijk krijgen door de manier waarop hij praat, zonder dat hij betere argumenten hoeft te hebben.Een andere reden waarom iemands voorstel wordt aangenomen, kan het gezag zijn dat hij of zij uitstraalt. Een goed voorbeeld hiervan is natuurlijk de kerk, die lang tegen het heliocentrische model heeft geageerd.
Debatopdracht
In het verleden konden wetenschappers geen keus maken tussen het geo- en het heliocentrische model. Je gaat nu een debat voeren, waarbij aanhangers van deze twee verschillende modellen proberen hun model te presenteren en verdedigen. Je gebuikt hiervoor argumenten uit de tijd dat het debat werd gevoerd. Tegenwoordig zijn telescoopwaarnemingen zo goed dat er geen discussie meer mogelijk is over dit thema, maar vlak na de Middeleeuwen lag dit wat anders. De geocentristen hadden een aantal goede argumenten voor hun standpunt.
Rolverdeling
De groep wordt verdeeld in: geocentristen, heliocentristen, journalisten en twee debatleiders.
De geocentristen en de heliocentristen gaan in een debat respectievelijk het geocentrische wereldmodel van Ptolemaeus en het heliocentrische wereldmodel van Copernicus presenteren en verdedigen. Dat doen ze door verschillende waarnemingen, die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden met hun model, zo overtuigend mogelijk te verklaren. Uiteraard vallen ze daarbij het wereldmodel van hun tegenstanders aan.
De journalisten volgen het debat en stellen kritische vragen aan beide partijen. Daarnaast maken ze korte aantekeningen over de gebruikte argumenten. Aan het eind van het debat bepalen de journalisten welke partij het debat gewonnen heeft.
De debatleiders zitten het debat voor en bewaken strikt de tijd. Ze houden de structuur en de spelregels in de verschillende rondes goed in de gaten. In rondes waar geïnterrumpeerd mag worden, bepalen de debatleiders wie wanneer het woord krijgt.
Jij hebt van de docent een rol toegewezen gekregen.
Lees eerst de volgende twee bestanden en kijk daarna naar je rol om je goed voor te bereiden op het debat.
Geocentristen
Voorbereiding
De verschillende groepen bereiden zich voor op het debat. Het debat wordt gedaan vanuit 16e eeuws perspectief: de modernste waarnemingen uit de sterrenkunde kun je dus niet gebruiken. Bereid je als geocentrist als volgt voor:
- Lees (nogmaals) het eerste deel van hoofdstuk 10 over Wereldbeelden
- Bekijk deze lijst met waarnemingen die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden en die dus vanuit de modellen verklaard moeten kunnen worden.
- Bekijk de structuur van het debat.
- Ga op zoek op internet naar argumenten voor het geocentrische wereldbeeld, vanuit het perspectief van iemand in de 15e/16e eeuw. Wat wisten ze toen wel en wat niet? Neem hierbij de lijst met waarnemingen die je net hebt bekeken mee; het debat zal daaraan worden opgehangen.
Tijdens de voorbereiding dien je het volgende te kunnen/gedaan te hebben:
- Beschrijven hoe het geocentrische wereldbeeld in elkaar zit.
- De verschillende waarnemingen die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden verklaren met het eigen wereldbeeld/model.
- Argumenten aandragen waarom het eigen model beter is dan het andere. Probeer je daarbij ook in te leven in de tegenstanders om tegenargumenten paraat te hebben.
- Afspreken wie in welke ronde van het debat het woord gaat voeren. Daarbij is het heel goed mogelijk verschillende 'experts' in te zetten bij het verklaren van de verschillende waarnemingen.
Heliocentristen
Voorbereiding
De verschillende groepen bereiden zich voor op het debat. Het debat wordt gedaan vanuit 16e eeuws perspectief: de modernste waarnemingen uit de sterrenkunde kun je dus niet gebruiken. Bereid je als heliocentrist als volgt voor:
- Lees (nogmaals) het eerste deel van hoofdstuk 10 over Wereldbeelden
- Bekijk deze lijst met waarnemingen die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden en die dus vanuit de modellen verklaard moeten kunnen worden.
- Bekijk de structuur van het debat.
- Ga op zoek op internet naar argumenten voor het heliocentrische wereldbeeld, vanuit het perspectief van iemand in de 15e/16e eeuw. Wat wisten ze toen wel en wat niet? Neem hierbij de lijst met waarnemingen die je net hebt bekeken mee; het debat zal daaraan worden opgehangen.
Tijdens de voorbereiding dien je het volgende te kunnen/gedaan te hebben:
- Beschrijven hoe het heliocentrische wereldbeeld in elkaar zit.
- De verschillende waarnemingen die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden verklaren met het eigen wereldbeeld/model.
- Argumenten aandragen waarom het eigen model beter is dan het andere. Probeer je daarbij ook in te leven in de tegenstanders om tegenargumenten paraat te hebben.
- Afspreken wie in welke ronde van het debat het woord gaat voeren. Daarbij is het heel goed mogelijk verschillende 'experts' in te zetten bij het verklaren van de verschillende waarnemingen.
Debatleiders
Voorbereiding
De verschillende groepen bereiden zich voor op het debat. Het debat wordt gedaan vanuit 16e eeuws perspectief: de modernste waarnemingen uit de sterrenkunde kunnen dus niet worden gebruikt. Bereid je als debatleider als volgt voor:
- Lees (nogmaals) het eerste deel van hoofdstuk 10 over Wereldbeelden
- Bekijk deze lijst met waarnemingen die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden en die dus vanuit de modellen verklaard moeten kunnen worden.
- Bekijk de structuur van het debat.
- Lees je nog wat meer in door informatie te zoeken op internet, vooral met het oog op het perspectief van de 15e/16e eeuw: Wat wist men toen al wel en wat niet?
Tijdens de voorbereiding dien je het volgende te kunnen/gedaan te hebben:
- Van beide modellen weten hoe ze in elkaar zitten.
- Weten (en snappen!) welke waarnemingen er verklaard moeten worden.
- De structuur en het tijdschema van het te voeren debat precies kennen en op zo'n manier voor jezelf opschrijven dat daar tijdens het debat te allen tijde op teruggegrepen kan worden.
- Een inleidend praatje voor de opening van het debat voorbereiden.
- Afspreken wie tijdens het debat wat gaat doen (voorzitten, tijd bewaken, verklaarde verschijnselen doorstrepen).
Journalisten
Voorbereiding
De verschillende groepen bereiden zich voor op het debat. Het debat wordt gedaan vanuit 16e eeuws perspectief: de modernste waarnemingen uit de sterrenkunde kunnen dus niet gebruikt worden. Bereid je als als journalist als volgt voor:
- Lees (nogmaals) het eerste deel van hoofdstuk 10 over Wereldbeelden
- Bekijk deze lijst met waarnemingen die vanaf de Aarde gedaan kunnen worden en die dus vanuit de modellen verklaard moeten kunnen worden.
- Bekijk de structuur van het debat.
- Ga op zoek op internet naar argumenten voor het geocentrische en het heliocentrische wereldbeeld, vanuit het perspectief van iemand uit de 15e/16e eeuw. Wat wisten ze toen wel en wat niet? Neem hierbij de lijst met waarnemingen die je net hebt bekeken mee; het debat zal daaraan worden opgehangen.
Tijdens de voorbereiding dien je het volgende te kunnen/gedaan te hebben:
- Van beide modellen weten hoe in elkaar zitten.
- Bij beide modellen kritische vragen kunnen stellen, zowel over de verklaringen van de verschijnselen als over de andere gebruikte argumenten. Daarvoor is het nodig van te bedenken welke verklaringen en argumenten je kunt verwachten.
- Afspreken wie tijdens het debat wat gaat doen: vragen stellen of aantekeningen maken.