3. Werkwijze

Lees eerst alle vragen en opdrachten rustig door. Begin met de eerste vraag. Lees de vraag goed en ga dan zoeken op de website (zie bronnen). Als er op school boeken zijn over bijen, mag je die natuurlijk ook gebruiken.

  1. Wat is een honingbij?
  2. Waarom maken bijen honing? 
  3. Hoe wordt honing gemaakt? 
  4. Wat is het verschil is tussen een hommel en een bij 
  5. Wat is een imker?
  6. Uit welke onderdelen bestaat een bijenkast? 
  7. Welke rangen zijn er in een bijenvolk?

 

Je werkt de vragen één voor één af en je maakt hiervan een hoofdstuk in je verslag.

Je verlag ziet er alsvolgt uit:

 

Titel: De Honingbij

Wat is een honingbij?

Je legt uit wat een honingbij is.

Waarom maken bijen honing? 

Je legt uit WAAROM bijen honing maken.

Hoe word honing gemaakt?

Je legt uit HOE honing gemaakt wordt. 

Wat is het verschil is tussen een hommel en een bij?

Je legt het verschil tussen een hommel en een bij uit

wat is een imker?

Je legt uit wat een imker is en wat hij doet

Uit welke onderdelen bestaat een bijenkast? 

Je legt uit uit welke onderdelen een bijenkast bestaat.

Welke rangen zijn er in een bijenvolk?

Je legt uit welke rangen er zijn in een bijenvolk.

Tot slot:

Je vertelt, hoe jij nu over de honingbij denkt!