ADVERBS VERSUS ADJECTIVES

STENCIL 1A ADVERBS VERSUS ADJECTIVES

Filmpje 01

Filmpje 02

Filmpje 03

oefening 01 adverbs versus adjective
Op deze site vind je enkele oefeningen die gaan over het verschil tussen adverbs (bijwoorden) en adjectives (bijvoeglijke naamwoorden). Naast een drietal basisoefeningen kun je ook een verrijkingsoefening maken. Voordat je met de oefeningen begint, kun je eerst de inleiding lezen. Je hoeft alleen maar de basisstofoefeningen te doen.

oefening 02 adverbs versus adjectives
Op deze site vind je een oefening over de toepassing van adverbs of adjectives. Je moet telkens een keuze maken tussen twee mogelijkheden.

oefening 03 adverbs versus adjectives
Op deze site moet je telkens kiezen tussen adverbs of adjectives.

oefening 04 adverbs versus adjectives
In deze oefening moet je kiezen tussen adverbs of adjectives. Je hoeft de volgende zinnen niet te doen. Deze zinnen vallen buiten de stof van de derde klas. Nummers: 7, 10,

oefening 05 adverbs versus adjectives
In deze oefening moet je telkens de keuze maken tussen adverbs of adjectives. Er is een zin bij die niet bij de stof van de derde klas hoort.

oefening 06 adverbs versus adjectives
In deze oefening moet je of een adverb of een adjective invullen.

oefening 07 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens bepalen of je in de zinnen te maken hebt met adverbs of met adjectives.

oefening 08 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens bepalen of je te maken hebt met adverbs of met adjectives. Deze oefening is best wel lastig.

oefening 09 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens bepalen of je te maken hebt met een adverb of met een adjective.

oefening 10 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens de keuze maken uit twee mogelijkheden.

oefening 11 adverbs versus adjectives
Op deze site vind je een drietal oefeningen waarbij je telkens moet kiezen tussen een adverb of een adjective.

oefening 12 adverbs versus adjectives
Deze oefening biedt een vrij eenvoudige oefening. Je moet in elke zin het bijwoord herkennen.

oefening 13 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens een keuze maken tussen twee oefeningen.

oefening 14 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens de goede vorm van het woord tussen haakjes invullen. Je moet telkens de keuze maken tussen of een bijwoord of een bijvoeglijk naamwoord.

oefening 15 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens een keuze maken tussen adverb of adjective.

oefening 16 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je gebruik maken van een rolmenu. Als het rolmenu is aangeklikt moet je telkens een keuze maken tussen de mogelijkheden die gegeven zijn.

oefening 17 adverbs versus adjectives
Bij deze oefening moet je telkens de keuze maken tussen een adverb of een adjective.

oefening 18 adverbs versus adjectives
De oefening die je moet maken staat onderaan deze site. Je moet telkens een adverb of een adjective invullen.