Vacuümaggregaat.
De elektromotor en de vacuümpomp van een melkmachine samen noemen we het vacuümaggregaat. De elektromotor drijft de vacuümpomp aan. De vacuümpomp wekt het vacuüm op en via een stelsel van leidingen kan de melker op de gewenste plaats over dit vacuüm beschikken.
De vacuümpomp.
De vacuümpomp pompt de lucht uit de leidingen en andere onderdelen van de melkmachine er ontstaat een vacuüm in het systeem. Op verschillende plaatsen van de melkmachine stroomt echter ook weer lucht naar binnen, bijvoorbeeld via de regulateur, melkklauw en tijdens het aansluiten. Omdat de vacuümpomp sneller lucht uit de melkinstallatie haalt, dan dat er via de verschillende onderdelen weer instroomt, ontstaat er een onderdruk (vacuüm).
Op het moment dat het gewenste vacuümniveau is bereikt, laat de regulateur lucht toe, zodat het gewenste vacuümniveau stabiliseert (zie: vacuümregulateur). Vanaf dat moment stroomt er evenveel lucht de installatie binnen als de pomp er uit haalt. Het vacuümpeil blijft dan constant.
3.01 waterringpomp
Als er onverwachts een bepaalde hoeveelheid lucht in de installatie komt zal de regulateur minder lucht toe laten. De vacuümpomp moet voldoende “overcapaciteit” hebben. De totale capaciteit van de pomp wordt aangegeven met de pompcapaciteit.
De pompcapaciteit is de hoeveelheid lucht die verplaatst wordt bij een bepaald vacuümniveau en bij een bepaald toerental. Deze capaciteit wordt uitgedrukt in liters lucht per minuut. Een pompcapaciteit van1000 l/min. betekent dus dat de pomp bij 50 kPa elke minuut 1000 liter lucht uit de vacuümleiding haalt en door de uitlaat van de pomp naar buiten blaast.
De capaciteit van de vacuümpomp moet voldoende groot zijn om tijdens het melken het vacuüm op peil te houden. Tijdens de reiniging moet deze het reinigingswater voldoende spoelkracht geven. Naarmate hetvacuüm verhoogd wordt neemt de pompcapaciteit toe. Middels tabellen kan de benodigde pompcapaciteit van een installatie worden berekend.
Typen vacuümpompen.
Er zijn drie typen vacuümpompen:
- schoepenpomp
- wateringpomp
- impellorpomp
De laatste twee gebruiken geen olie, en zijn daardoor minder belastend voor het milieu
Frequentieregelaar
De frequentie regelaar kan gebruikt worden om energie te besparen. De frequentieregelaar laat de vacuumpomp niet meer toeren maken dan nodig is om het gewenste vacuüm te in stand te houden, de elektromotor wordt frequentie geregeld aangestuurd. Afhankelijk van de hoeveelheid lucht die de regulateur in laat wordt het toerental van de elektromotor aangepast door de frequentieregelaar.
De frequentieregelaar wordt vooral gebruikt bij grotere vacuümpompen of installaties. Bij het reinigen wordt wel met maximaal aantal toeren gewerkt om een flinke turbulentie van het reinigingswater te krijgen. De frequentierelaar kan niet in combinatie met een waterringpomp