?
De reiniging van de melkinstallatie en van de tank. Melk bevat van nature niet meer dan enkele duizenden kiemen per milliliter. Maar soms gaat er iets fout en is het kiemgetal veel hoger. Een oorzaak van een verhoogd kiemgetal kan de onvoldoende reiniging en ontsmetting van de melkwinningsapparatuur en/of de melkkoeltank zijn.
Reinigingsmethoden.
De melkinstallatie wordt na elke melkbeurt zo snel mogelijk grondig gereinigd en gedesinfecteerd. Dit kan op verschillende manieren gebeuren. De drie processtappen (voorspoeling, hoofdreiniging en naspoeling) komen in vrijwel alle reinigingssystemen terug. Na afloop moet de installatie goed gedraineerd worden.
De voorspoeling.
De voorspoeling dient om melkresten eerst zo veel mogelijk uit de installatie te verwijderen via perslucht of water. Om dit te bereiken gaat het water slechts één keer rond. Het water voor de voorspoeling moet een temperatuur hebben van 40 tot maximaal 60° C. Boven lichaamstemperatuur is het melkvet vloeibaar en boven de 70° C krijg je eiwitaanslag/ gaat het eiwit vlokken vormen. Bovendien blijft de installatie beter op temperatuur.
De hoofdreiniging.
De hoofdreiniging is bedoeld om de installatie te reinigen en te ontsmetten. Dit gebeurt door de reinigingsvloeistof te laten circuleren. Daarbij ligt de begintemperatuur op 80° C. De eindtemperatuur mag niet lager zijn dan 40° C. De hoofdreiniging vindt meestal plaats met een alkalisch middel. Om aanslag te verwijderen is het wenselijk één keer per week te reinigen met een zuur middel. Hoe vaak dit moet is afhankelijk van de hardheid van het water en de hoogte van de reinigingstemperatuur. Om chloroformen in de (tank)melk te voorkomen, kunnen er chloorvrije reinigingsmiddelen worden toegepast.
De naspoeling.
De naspoeling zorgt ervoor dat er geen resten reinigingsmiddel in de installatie achterblijven. Deze resten zouden anders bij de volgende melkbeurt in de tank komen. De naspoeling gebeurt altijd met koud leidingwater. Dit naspoelwater gaat (meestal) één keer rond. Bovendien koel je de installatie af, waardoor minder bacteriegroei.
Omhoog
Er zijn verschillende reinigingssystemen voor melkinstallaties op de markt. De systemen worden hieronder besproken.
Circulatiereiniging of standaardreiniging.
De circulatiereiniging is de meest voorkomende manier van reinigen in Nederland. Deze reiniging wordt op vrij uniforme wijze uitgevoerd zoals hierboven beschreven.
Hittereiniging.
Bij hittereiniging wordt, na een voorspoeling, water van 98 °C gebruikt. Dit wordt direct na het melken in één keer door de installatie gezogen. De installatie moet gedurende twee minuten op circa 77 °C blijven, zodat bacteriën door de hitte worden gedood. Ter voorkoming van kalkaanslag wordt aan het begin van de reiniging een hoeveelheid zuur in de watertoevoer gedoseerd. Rubber onderdelen verouderen sneller door de hoge temperatuur. Dit systeem gebruikt minder water, maar meer energie dan de circulatiereiniging. Door het isoleren en verkorten van de leidingen is het systeem energetisch te optimaliseren. In de praktijk wordt het laatste water van de hittereiniging in een aparte bak opgevangen en bij de volgende reiniging gebruikt als voorspoeling.
Bij grupstalinstallaties wordt/werd vaak een staafvormige spons (“muis”) door de melkleiding gezogen om goed te reinigen. Hierbij was het altijd opletten dat de spons weer in de spoelbak terugkwam, anders was de melkafvoer bij de volgende melkbeurt problematisch. Melktransporttankjes van de weideinstallatie worden thuis leeggepomt en daarna meestal met de melkinstallatie (korte melkelidinge+ melkstellen) meegereinigd.