?
De melkmachine speelt een belangrijke rol bij de verwerving van het inkomen op het melkveehouderijbedrijf. Het is daarom belangrijk dat deze installatie in een uitstekende staat van onderhoud verkeert. Onderhoud aan een melkinstallatie betekent dat je geregeld onderdelen moet:
• controleren (bijvoorbeeld het vacuümniveau);
• schoonmaken (bijvoorbeeld stoffilters van de drukwisselaars);
• afstellen (bijvoorbeeld V-snaarspanning);
• vervangen (bijvoorbeeld lekkende slangetjes).
• controle reinigingsapparatuur
Problemen tijdens het melken.
De verantwoordelijkheid voor de melkmachine ligt op de eerste plaats bij de melker zelf. Hij kan het noodzakelijke dagelijkse en periodieke onderhoud zelf uitvoeren, zoals olie bijvullen of verversen en filters reinigen. Ook tijdens het melken moet de melker de werking van de gehele installatie en de belangrijkste onderdelen in de gaten houden. Als hij afwijkingen constateert die hij niet zelf kan verhelpen, kan hij een beroep doen op de onderhoudsmonteur. Wanneer je een melkinstallatie niet goed onderhoudt, kun je problemen krijgen op het gebied van:
• uiergezondheid;
• melkkwaliteit;
• defect aan de melkmachine tijdens het melken.
Uit Melkveehouderij: "Gezonde melk komt uit niet beschadigde spenen met een sluitend slotgat." 2011
Omdat een melkinstallatie uit veel onderdelen bestaat, is het organiseren van het onderhoud erg lastig • niet alle onderdelen moeten namelijk even vaak onderhouden worden; • niet alle onderdelen zijn even makkelijk te onderhouden.
Sommige zaken moeten dagelijks gebeuren en sommige maar eens per jaar. Aan sommige onderdelen kun je zelf onderhoud plegen (klein onderhoud). Door gebrek aan kennis en/of gereedschap kun je bepaald onderhoud beter door een ander laten doen (groot onderhoud).Melkveehouders laten het groot onderhoud veelal via een abonnement door de melkmachinedealer uitvoeren. Dan wordt tevens een meet- en adviesrapport opgesteld, als bewijs voor de goede technische toestand van de installatie.
Wijze waarop klein onderhoud wordt uitgevoerd Het vergt discipline om met een vaste regelmaat alle onderdelen van je melkinstallatie te controleren. Vaak komt het er bij de veehouders op neer dat ze tijdens de dagelijkse werkzaamheden dan eens naar dit onderdeel kijken en dan naar dat onderdeel. Met het risico dat er wel eens wat wordt vergeten.
Meer informatie over het onderhoud is te vinden in het Handboek Melkveehouderij H 9.4 Onderhoud van de melkinstallatie.
Omhoog
Eén van de meest bewegende onderdelen van de melkmachine is de tepelvoering. Dit is tevens het onderdeel dat contact heeft met de koe. Deze mag dan ook niet verouderd raken.
Tepelvoeringen worden onder spanning in de melkbeker geplaatst. De spanning zorgt mede voor een goede beweging van de tepelvoering. Na enige tijd treedt er elasticiteitsverlies op, waardoor de voering later, of soms onvolledig opent en daardoor eerder sluit.
Naarmate de tepelvoeringen ouder worden verloopt het melken langzamer. Bij sommige merken kan de tepelvoering worden ‘doorgetrokken’, hierbij wordt de tepelvoering opnieuw onder spanning in de tepelbeker geplaatst. De levensduur van tepelvoeringen is meestal zo’n 2.500 melkingen. Hierna moeten ze vervangen worden (tabel 1). Zeer soepele tepelvoeringen zullen iets sneller aan vervanging toe zijn dan stuggere.
De levensduur wordt mede bepaald door de reiniging. Het gebruik van chloor versterkt de aantasting van het rubberoppervlak, waardoor de tepelvoeringen sneller ruw worden. Bij zeer hoge temperaturen zullen er eerder haarscheurtjes ontstaan in de tepelvoering (cracking).
In automatische melksystemen vinden dagelijks vaak meer dan 150 melkingen per box plaats. De genoemde 2500 melkingen worden dan vaak al in enkele weken gehaald. Omdat de tijdsduur per melking korter is kunt u deze voeringen elke 3 tot 4 weken vervangen.
Siliconen tepelvoeringen blijken in de praktijk 2 tot 3 keer langer mee te gaan, maar de aanschafprijs is hoger. Wat betekenen die 2500 melkingen voor uw bedrijf? Klik hier door naar de rekentool Rekentool en bekijk wanneer uw tepelvoeringen aan vervanging toe zijn of kijk naar de onderstaande tabel.
Tabel: Maximale gebruiksduur in dagen bij verschillende melksystemen bij tepelvoeringen met een levensduur van 2.500 melkingen (tweemaal daags melken)
Type stal | Grupstal | Visgraat | Open | Visgraat | Visgraat | Visgraag |
---|---|---|---|---|---|---|
aantal melkstallen | 3 | 8 | 6 | 12 | 16 | 20 |
Koeien | ||||||
30 | 125 | 333 | 250 | |||
50 | 75 | 200 | 150 | 300 | ||
80 | 125 | 94 | 187 | 250 | ||
120 | 125 | 167 | 208 |