Bewaar temperatuur

?

5.1 Koelen en bewaren van melk


De melk in de tank lijkt een eindpunt. Koelen en bewaren gaat bijna vanzelf. Toch is aandacht voor de koeling belangrijk om een goede kwaliteit melk te leveren en niet teveel kosten te maken voor de koeling en bewaring. In het tabelletje zie je dat melk op de boerderij tot een temperatuur van 3 – 4° C gekoeld moet worden om het 3 dagen te kunnen bewaren. 

Bewaartijd Bewaartemperatuur in C. (< voor 3 uur na het melken bereikt)
<12
12-24
24-72
12°


De melkkoeltank is een vast opgestelde, geïsoleerde RVS tank met een aangebouwd of losstaand koelaggregaat. In Nederland moet de tank een inhoud hebben voor de melk van 3 dagen. Maximaal 3 dagen want de bacteriegroei wordt wel geremd door de lage temperatuur, maar de oxydatieprocessen gaan door. Oxydatie wil zeggen dat de melk reageert met zuurstof, waardoor o.a. vrije vetzuren ontstaan. Oftewel: het melkvet wordt ranzig. Daarom moet melk voorzichtig worden geroerd en in het donker worden bewaard. 

De Arbo catalogus

Wanneer je melk wilt bewaren, moet je de melk:

1: Op een constante lage temperatuur houden
2: In het donker bewaren
3: Niet laten ontmengen
4: Niet klotsen
5: In een goed geventileerde, stofvrije ruimte bewaren 


Voor de berekening van de tankgrootte worden de volgende vuistregels gebruikt: 

? bij een gespreid afkalfpatroon jaarleverantie x 0,0115

? bij een voor- of najaarskalvende veestapel: jaarleverantie x 0,0125

? bij een jaarleverantie > 1.000.000 kg jaarleverantie x 0,010



Bij een te grote melkkoeltank kunnen problemen ontstaan in een periode met weinig melk.  Bij het eerste melkmaal kan het voorkomen dat er te weinig melk in de tank komt zodat de roerder de melk niet voldoende in beweging zet. Stilstaande melk kan in een tank met directe verdamping (zie 5.2) bevriezen langs de tankwand. Bevroren melk geeft beschadigde vetbolletjes, waardoor vrije vetzuren ontstaan. De melk kan dan ook een ranzige hebben. Ook kan luchtinslag optreden doordat de roerder slechts gedeeltelijk in de melk draait. Dit kan gepaard gaan met enige botervorming. In zo’n geval kun je kiezen om de capaciteit aan te passen totdat er weer meer melk komt (intervalkoeling), of het toepassen van meerdere koelmachines, waarbij de ene eerder ingeschakeld wordt dan de andere.

Tanklokaal.
We zien de machines graag op een betonnen voet. Hierdoor is het droger en schoner en het verlengt de levensduur. Onder de tankkraan zie je vaak een ruwe plek of losse tegels. Hier moeten vaak reparaties worden uitgevoerd. Door de juiste milieuklasse van het beton te keizen bij het storten van een nieuwe vloer, wordt dit probleem voorkomen. De inrichting van het tanklokaal dient te voldoen aan de eisen die de melkfabriek stelt! Dit wordt door Qlip gecontroleerd. Hierbij moet je ook denken aan een goede bereikbaarheid, reinigbare verharding, een goede verlichting, een wasbakje enz. 
Omhoog