Ondertussen heb je met 3 anderen een groepje gevormd en heb je van je docent al wat informatie gehad.
Jullie gaan nu onderstaande opdrachten stap voor stap doorlopen. Bij elke opdracht staat in welke les je ermee aan de slag gaat met daarbij een tijdsindicatie. Het zal een aantal keer voorkomen dat je er iets meer tijd aan moet besteden, dit doen jullie dan in je eigen tijd!
Wanneer alle opdrachten gedaan zijn, zijn jullie klaar voor een dagje Den Bosch met de 1e jaars!
Opdracht 1 (les 1, 50 minuten)
Jullie gaan met je groepje een mindmap maken waarin de onderwerpen ´een dagje uit´ en ´Den Bosch´ centraal staan.
Waar denk je aan als je een dagje uit gaat en wat komt er in je op als je aan Den Bosch denkt?
Bekijk de volgende pagina, dit kan je helpen bij het maken van je mindmap: www.handigewebsites.nl
Bespreek met je groepje wat jullie allemaal in de mindmap gezet hebben. Wat valt je op aan de punten die iedereen genoemd heeft? Denkt iedereen aan dezelfde activiteiten of zijn de genoemde activiteiten heel verschillend?
Bewaar de mindmap en een verslagje van de bespreking hiervan en zorg dat dit in je verslag komt.
Opdracht 2 (les 2, 50 minuten)
Wanneer je opdracht 1 hebt afgerond, kunnen jullie je verder gaan verdiepen in Den Bosch.
Waar staat Den Bosch bekend om en wat zijn goede activiteiten die je daar echt moet doen?
Ga op zoek naar verschillende activiteiten en zoek daar wat informatie over, zorg dat je de taken verdeeld zodat jullie geen dubbel werk doen!
Leg jullie lijsten met activiteiten naast elkaar en kies de beste 5 uit om te doen tijdens het dagje uit. Zorg voor een goede verdeling van leerzame activiteiten (bijvoorbeeld een bezoek aan een museum) en vrijere activiteiten (bijvoorbeeld een boottocht). Beschrijf waarom jullie kiezen voor deze activiteiten en bedenk daarbij goede argumenten.
Onder het kopje 'bronnen' staan verschillende sites waar je informatie vandaan kunt halen.
Maak van jullie overleg een verslag en zet daarin je top 5 met de argumenten. Daarnaast schrijf je een reflectie over de samenwerking; Wat ging er goed? Wat kan er beter??
Opdracht 3 (les 3 en 4, 100 minuten)
Jullie gaan deze les een experiment doen. De dag starten we met de hele groep op het terras met een lekkere Bossche bol. In het eerste worddocument onder aan de pagina, staat precies beschreven hoe jullie dit experiment moeten uitvoeren.
De resultaten van het experiment komen in je verslag.
Opdracht 4 (les 5, 50 minuten)
In de les heb je uitleg gehad van je docent over het Nearest Neighbour principe. Daarnaast hebben jullie de oefening gedaan van de handelsreiziger die in Eindhoven woont en op een dag Breda, Den Bosch, Tilburg en Waalwijk wil gaan bezoeken (2e worddocument onder aan de pagina).
Nu nemen jullie je eigen 5 activiteiten die je in de tabel zet met daarbij de juiste afstanden. Deze afstanden kan je (bijvoorbeeld) opzoeken op de site van de anwb. Wanneer je alle gegevens hebt, kun je de kortste route uitstippelen.
Voeg de gegevens van deze opdracht toe in je verslag.
Opdracht 5 (les 6, 50 minuten)
Om in Den Bosch te komen, moeten jullie bussen huren. In het 3e worddocument onder aan de pagina, zijn de prijslijsten van 2 busmaatschappijen te vinden. Hierbij moet je rekening houden met de afstand tussen school en het centrum van Den Bosch, met hoeveel leerlingen en begeleiders je gaat en wanneer jullie gaan. In het worddocument staat de opdracht verder uitgewerkt.?
Voeg de opdracht toe aan je verslag.?
Opdracht 6 (les 7 en 8, 100 minuten)
In deze les gaan jullie het programmaboekje maken. Een tijdsplanning is daarvoor erg belangrijk. In het 4e worddocument onder aan de pagina is alvast een opzet gemaakt die jullie kunnen volgen. Dit doe je voor je aan de slag gaat met het daadwerkelijke programmaboekje!
In het programmaboekje moeten alle activiteiten staan die jullie gaan doen, met daarbij de tijden dat de leerlingen verwacht worden. Dit moet er natuurlijk mooi en verzorgd uit zien! Let daarbij op jullie taalgebruik, de opbouw en doe er wat leuke plaatjes bij van de activiteiten. Hoe je het programmaboekje precies moet maken, staat ook in het worddocument beschreven.
Doe de tijdsplanning in je verslag. Het programmaboekje komt daar los bij.??