|
Goed |
Voldoende |
onvoldoende |
De antwoorden zijn duidelijk. |
Het is duidelijk wat jullie bedoelen. |
Het is niet altijd duidelijk wat jullie bedoelen. |
Het is vaak niet duidelijk wat jullie bedoelen. |
De antwoorden zijn goed. |
(bijna) alle antwoorden zijn goed. |
De meeste antwoorden zijn goed. |
Er zijn veel fouten gemaakt. |
De uitleg bij opdracht 8. |
De uitleg bij opdracht 8 is uitgebreid en goed. |
De uitleg bij opdracht 8 is prima. |
De uitleg bij opdracht 8 is matig. |
Het overleggen met een ander tweetal. |
Er wordt rustig en goed overlegd. Iedereen is om de beurt aan het woord. Er wordt naar elkaar geluisterd. |
Er wordt redelijk overlegd. Er wordt meestal naar elkaar geluisterd. |
Er wordt niet goed overlegd. Vooral één iemand is aan het woord. Er wordt niet naar elkaar geluisterd. |
Ontwerp van eigen camping. |
Het ontwerp van de camping is heel compleet, deze camping zou echt kunnen bestaan. Er is aan alles gedacht. |
Het ontwerp van de camping is voldoende. De belangrijke dingen zijn aanwezig. |
Het ontwerp van de camping is matig. Belangrijke dingen zijn vergeten. |