2c. Sarah stellt sich vor

Opdracht 2c:

In dit fragment stelt Sarah zich voor. Probeer goed te luisteren naar wat er gezegd wordt. Geef vervolgens antwoord op de bijhorende vragen.

Vragen bij het fragment:

  1. Zoek uit wat Fremdsprachenassistentin? betekent.
  2. Wat is de achternaam van deze mevrouw Sarah?
  3. In welk gebied ligt de woonplaats van Sarah?
  4. Waar werkt Sarah? (In welk land werkt ze?)