Opdracht E Kostprijs__________CEO 6

Kostprijs

E1 Maak een kostprijsberekening.
E2 Bepaal de marge.
E3 Bepaal de leencapaciteit.
E4 Bereken het break even point.

Trend zetten met eigen kostprijs

Toelichting E1 
De kostprijs wordt altijd uitgedrukt in kosten per kilogram of per liter produkt. Bereken de kostprijs met behulp van deze info

Vergeet niet eerst de vaste kosten over de verschillende producten te verdelen. Daarvoor maak je zelf een tabel in het rekenblad managen en ondernemen.

Een snelle kostprijsberekening maak je met een online rekentool: http://rekentools.dca.nl/tuinbouwradar/

Toelichting E2
Dé marge is geen gedefinieerd begrip. Omdat de productie sector marktvolger is (men volgt de prijs die de afnemers bieden) is het de vraag hoever de prijs van de produkten mag dalen voordat men zelf in betalingsproblemen komt. Welke speelruimte heb je als ondernemer in de productiesector voordat je jou crediteuren niet meer kan betalen. Men andere woorden hoever mag de prijs die ik voor mijn produkten krijg dalen voordat er betalingsproblemen ontstaan. Dus hoeveel mag de verkoopprijs van mijn produkt dalen tot dat de toename van mijn liquide middelen nul is. 

Voorbeeld ik produceer 1 miljoen kilogram consumptie aardappels. De normale verwachte toename liquide middelen in de genormaliseerde situatie is € 40.000,--. De verkoopprijs van de consumptie aardappelen mag dus € 40.000,-- gedeeld door 1 miljoen kg is € 0,04 dalen. Is de gemiddelde daling groter dan ontstaan er betalingsproblemen omdat de toename liquide middelen negatief wordt.

Hiernaast zijn er veel winstmarge kengetallen. Die staan op wikipedia

Toelichting E3
De leencapatiteit is het antwoord op de vraag hoeveel geld je extra kunt lenen zonder in betalingsproblemen te komen. Het geld dat je beschikbaar hebt om aan de verplichtingen van de nieuwe lening te voldoen is gelijk aan de toename van liquide middelen. Wij gebruiken daarvoor gemakshalve de toename rekening courant krediet. We gaan er voor de duidelijkheid van uit dat de overige vlottende activa op de balans gelijk blijven. Wat ik moet betalen aan rente en aflossing voor een nieuwe lening mag dus maximaal gelijk zijn aan de toename liquide middelen, bij ons het rekening courant krediet. 

Voorbeeld: Stel dat mijn toename rek. crt. € 10.000,-- is, dan kan ik dit bedrag gebruiken voor de rente en aflossingsverplichting van de nieuwe lening. Stel dat rente en aflossing 10% van het geleende bedrag is, dan gebruik ik daarvoor die € 10.000,--. De lening mag dan maximaal € 10.000/10% x 100% = € 100.000,-- zijn.

Toelichting E4
Rentabiliteitsdrempel

De rentabiliteitsdrempel (Engels: break-even point), ook wel 'dood punt' of 'kritisch punt' genoemd, is het punt, in termen van afzet (hoeveelheid verkocht product) of omzet(verkoopprijs x hoeveelheid verkocht product), waarbij de totale opbrengsten gelijk zijn aan de totale kosten, en dus de winst nul is. Als het in termen van omzet is heet het welkritische omzet of doodpuntomzet.

Omdat de kosten bestaan uit vaste en variabele kosten zal een onderneming bij een lagere afzet of omzet verlies leiden, en bij een hogere winst maken.

In het lineaire geval geldt:

X = frac {TK_f} {P - K_v}

  • X = Rentabiliteitsdrempel in termen van aantal eenheden
  • TK_f = Totale vaste kosten
  • P = Verkoopprijs per eenheid
  • K_v = Variabele kosten per eenheid

 

Nadelen break-even analyse

De vaste en variabele kosten zijn vaak onderhevig aan een opwaartse trend.

We gaan uit van een lineair verband.

Grondstofprijzen en dus variabele kosten kunnen fluctueren naar gelang de periode van het jaar.

Produktie sector

Omdat we in de productiesector prijsvolger zijn willen we niet weten bij hoeveel eenheden we quit spelen, maar bij welke opbrengstprijs van het produkt. 
(we plannen een jaar van te voren hoeveel we produceren en kunnen dat niet binnen korte tijd veranderen).

We kunnen de breakeven formule ombouwen.

Dan is de prijs waar bij we geen winst, maar ook geen verlies maken;
(De Totale vast kosten / Normale productie (eenheden)) + Variabele kosten per eenheid = Break even prijs per eenheid.
Met andere woorden, als we de kostprijs weten dan kennen we ook de break even prijs.
Als de opbrengstprijs gelijk is aan de kostprijs zitten we op het breakeven punt. Geen winst, geen verlies.

Akkerbouwers, Melkveehouders en Fruittelers kunnen beperkt sturen op de marktwerking van vraag en aanbod.
a: de produktieomvang is niet snel te wijzigen. Tussen de beslissing over hoeveel uien je gaat telen en afzet zit een jaar tijd.
b: de produktieomvang ligt vast. De stal halfvol met slachtkuikens vullen is geen optie zolang het saldo nog positief is.
c:  individuele producenten hebben geen invloed op de prijs (prijsvolgers, geen prijszetters).

Naast het creëren van eigen afzet is sturen op kostprijs de meest effectieve strategie van winst maximalisatie op korte en lange termijn naast alle andere marketting mix mogelijkheden.