onze samenleving
Je bent een sociaal iemand, je leeft met andere samen. Mensen leven in verschillende culturen. Een cultuur is de manier waarop een groep mensen met elkaar samenleven. Dat kun je zien aan de buitenkant door de manier waarop een bepaalde groep zich kleed. Maar het heeft ook te maken met de manier waarop mensen denken en voelen.
Dit is een bekend straatbeeld. Verschillende mensen met verschillende huidskleuren, kleding, gewoonten en gebruiken. Mensen uit verschillende culturen leven in Nederland samen.
Dit noem je de multiculturele samenleving.
vragen
17) Wat wordt er bedoeld met cultuur?
18) Waar heeft cultuur mee te maken?
19) Wat wordt bedoeld met multiculturele samenleving?
klik en open in je tekstverwerker.
Ontstaan van multicultureel Nederland
Na de Tweede Wereldoorlog kwamen er veel gastarbeiders naar Nederland. Zij kwamen hier om geld te verdienen.
Nu komen er nog steeds mensen om economische redenen naar Nederland.
Maar de laatste jaren ontvluchten ook veel mensen hun land omdat het daar oorlog is, of omdat ze onderdrukt worden door de regering.
Er zijn ook veel mensen uit de Nederlandse Antillen, Suriname en Indonesiƫ in Nederland komen wonen.
Leuke kanten
Vaak is de multiculturele samenleving heel leuk. Mensen uit verschillende culturen kunnen veel van elkaar leren en goede dingen van elkaar overnemen.
Denk bijvoorbeeld maar aan het lekkere Chinese en Griekse eten.
Islamitische feesten, zoals het Suikerfeest, vinden een plaatsje in Nederland.
De laatste jaren vieren veel allochtone gezinnen het Sinterklaasfeest.
Op school leer je misschien nieuwe spelletjes en liedjes van Marokkaanse of Turkse klasgenoten.
Allochtonen zijn vaak heel gastvrij en maken gemakkelijk vrienden. Door om te gaan met mensen uit andere culturen ontdek je nieuwe dingen.
Minder leuke kanten.
Mensen die niet in Nederland geboren zijn of van wie de ouders uit een ander land komen, noem je allochtonen. Nederlanders noem je autochtonen.
Het is niet altijd gemakkelijk voor allochtonen en autochtonen om samen te leven. Dit komt vaak door cultuurverschillen. Ze hebben verschillende gewoontes en begrijpen elkaar soms niet goed.
De meeste Nederlanders zijn christelijk. Tegenwoordig wonen in Nederland ook veel moslims. Dit leidt soms tot misverstanden en ruzie.
Allochtonen worden niet altijd hetzelfde behandeld als Nederlanders. Aan de andere kant denken sommige Nederlanders dat allochtonen het beter krijgen dan zij. Je kunt je voorstellen dat dit problemen kan geven.
Kenmerken van een multiculturele samenleving:
- geen gezamenlijke geschiedenis, mensen uit Nigeria hebben een andere geschiedenis dan mensen uit Nederland.
- meer geloofsrichtingen, katholiek, gereformeerd, moslim, hindoe etc
- andere waarden en normen, wat normaal is voor de ene groepering is asociaal voor de andere groepering.
- verschillende leefwijzen denk daarbij aan eetgewoonten, vrijheid van keuze van geloof.
- andere cultuuruitingen denk daarbij aan keuze van kleding, wel of geen hoofddoek,
- speciale voorziening. Denk daarbij aan folders in een andere taal voor mensen die niet goed Nederlands kunnen lezen.
Subculturen
Er is in een land ook sprake van subculturen.
Zo zal je je bij je oma anders gedragen dan op straat met je vrienden. Zonder dat er duidelijke afspraken zijn weet je hoe je je moet gedragen in een bepaalde situatie. Iedere omgeving heeft haar eigen cultuur. Je houdt rekening met de cultuur in je omgeving.
vragen
20) Waarom zijn er zoveel mensen uit verschillende landen in Nederland komen wonen?
21) Wie worden er bedoeld met het woord Allochtonen?
22) Waardoor kunnen conflicten ontstaan tussen autochtonen en allochtonen inwoners van Nederland?
23) Noem de kenmerken van een multiculturele samenleving?
24) Wat is een subcultuur?
klik en open in tekstverwerker.
Hoe te werken tijdens je kookopdracht.
Als je klaar bent met de opdrachten over hoe je werkt tijdens verzorging dan mag je gaan koken. Je kunt dan meteen het geleerde in de praktijk laten zien.
Je laat eerst je opdrachten controleren door je docent.
Dan zoek je een leerling uit je eigen groepje om mee te gaan koken.
Je leest eerst het recept.
Dan maak je een woordenweb waarin je alle taken zet waarvan je denkt dat ze nodig zijn om deze kookopdracht goed en netjes te doen.
Daarna ga je deze taken verdelen in je groepje.
Zorg ervoor dat jullie allebei steeds genoeg te doen hebben
?
Voordat je begint met je kookopdracht laat je je docent je taakverdeling controleren.
Wat zijn de leerpunten van deze kookopdracht?
- Op welk moment kookt water precies, vraag je docent waarom dat van belang is om te weten.
- Hoe werkt de oven en hoe bak ik een broodje af.
- Wat is bakken en hoe doe ik dat veilig.
hieronder staat je recept. Veel succes.
Je hebt nu gekookt en maakt een verslag over hoe het gegaan is.
Je geeft antwoord op de volgende vragen.
a) Wat moest je doen.Beschrijf hier duidelijk wat je moest maken en hoe je het moest aanpakken
b) Wat moest je allemaal voorbereiden voordat je mocht beginnen.Beschrijf hier ook of je meteen mocht beginnen van je docent of dat je eerst nog verder moest werken aan je voorbereiding.
c) Aan de slag.Hier beschrijf je duidelijk hoe je je product hebt gemaakt. Wat je allemaal moest doen om het lekker op je bord te krijgen.
d) Hoe ging het.Hier schrijf je hoe het ging. Deed ieder zijn taak of deden jullie de taken door elkaar. Had je de opdracht goed gelezen of ging er iets mis doordat je niet goed gelezen had. Hier beschrijf je ook wat je geleerd hebt van deze kookopdracht.
Zijn er dingen die echt niet goed gingen maar wat je wel beter had kunnen doen. Hoe pak je het de volgende keer aan?
Alleen maar schrijven het ging goed en het was lekker is dus niet voldoende.
Stuur het verslag naar je docent.