Scaffolding

Inleiding scaffolding

Scaffolding betekent in het Engels steiger of ondersteuning. Deze metafoor wordt in het
onderwijs vaak gebruikt om de hulp die een docent geeft aan een of meerdere
leerlingen te beschrijven. Meestal gaat het dan om de ondersteuning of hulp
die een docent aan een leerling geeft. Een docent bouwt dan een steiger op
voor een leerling waar nodig. Zodra de leerling echter meer kan, bouwt de
docent de steiger langzaam af. De hulp die gegeven wordt is dus afhankelijk
van de leerling zelf. Als docent moet je op zoek naar de zogenaamde ‘Zone
van Naaste Ontwikkeling’ van de leerling die door Vygotsky omschreven wordt
als de afstand tussen wat een leerling zelfstandig kan en wat hij/zij kan met
behulp van bijvoorbeeld een docent. Hulp op Maat wordt vaak gedefinieerd als
het ondersteunen van een leerling zodat hij/zij in staat is een taak te
volbrengen die hij/zij zelfstandig niet had kunnen volbrengen. De docent neemt
hierbij díe delen van de taak tijdelijk over, die de leerling zelf nog niet kan.

Het geven van hulp is een cyclisch proces waarbij het stellen van een
diagnose een cruciale rol speelt. Onder diagnose wordt verstaan het
inschatten van de kennis of het begrip van de leerling. Dit kan met behulp van
verschillende middelen (bv. Open vragen stellen, leerlingen laten
samenvatten, observeren, het lezen van het werk van de leerling) en op basis
van verschillende informatiebronnen (de leerling zelf, het gedrag van de
leerling, het werk van de leerling).


Je kunt in onderstaande link een presentatie van Janneke van der Pol bekijken over scaffolding.

Webcollege scaffolding

Powerpoint scaffolding

 

 

Wil je weten of je zelf goed scaffolding toepast?

Vraag dan een collega om jou te obsereveren en het observatie-formulier in te vullen.


Observatie-instrument scaffolding