Voorbeeldopgaven

 


Voorbeeld 4.1

 

Wouter Kelman heeft in 2011 een consumentenomzet behaald van € 818.076,21. Zijn omzet valt onder het 19% btw-tarief. De brutowinst die hij behaalde was 50% van de omzet exclusief btw. De afschrijvingen en betaalde intrest bedroegen 8% van de omzet exclusief btw, de huisvestingskosten 10% van de omzet exclusief btw, de betaalde loonkosten 17% van de omzet exclusief btw en de overige kosten 6% van de omzet exclusief btw.

 

Vraag:

Bereken voor Wouter de nettowinst over 2011.

 

Uitwerking:

Stel als eerste het schema op, zoals in de theorie naar voren is gekomen:

Consumentenomzet

                %

 

Btw

                %

-

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

                %

 

Inkoopwaarde van de omzet

                %

-

 

 

 

 

Brutowinst

                %

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

                %

 

 

 

Huisvestingskosten

                %

 

 

 

Betaalde loonkosten

                %

 

 

 

Overige kosten

                %

 

 

 

 

 

 

                %

-

Nettowinst

 

 

                %

 

 

 

Vul in het schema de gegevens die gesteld zijn in de opdracht:

Consumentenomzet

€.818.076,21

                %

 

Btw

             19%

-

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

           100%

 

Inkoopwaarde van de omzet

                %

-

 

 

 

 

Brutowinst

             50%

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

              8%

 

 

 

Huisvestingskosten

            10%

 

 

 

Betaalde loonkosten

            17%

 

 

 

Overige kosten

              6%

 

 

 

 

 

 

                %

-

Nettowinst

 

 

                %

 

 

 


 

 

Vervolg uitwerking voorbeeld 4.1

Met deze gegevens kun je de nettowinst berekenen. Dit doe je door de ontbrekende getallen uit te rekenen en in te vullen. De berekeningen komen overeen met de berekeningen die gemaakt zijn in H1 en H2. Dit kun je eventueel nog een nakijken.

 

De consumentenomzet is 119% omdat dit de omzet exclusief btw en de btw is. Deel € 818.076,21 door 119 om 1% te krijgen en vermenigvuldig dit met 19% en 100% om de btw en de omzet exclusief btw te berekenen. Vul deze bedragen in.

 

Je weet dat de brutowinst 50% is, dus is de inkoopwaarde van de omzet de overige 50%. Deel de     € 687.459,00 door 100 en vermenigvuldig het met 50% en je hebt de beide bedragen. Of deel

€ 687.459,00 door twee en je komt ook uit op € 343.729,50.

 

Nu je de brutowinst weet, kun je hier de gemaakte kosten bij in mindering brengen. Reken de betreffende percentages die bij de kosten horen uit en vul het bedrag in euro’s in. Bij de betaalde loonkosten doe je dit als volgt: € 687.459,00 (omzet exclusief btw) : 100 x 17% = € 116.868,03.

Doe dit met de rest van de kosten en vul dit in.

 

Verminder de brutowinst met de totale kosten en je krijgt de nettowinst:

€ 343.729,50 - € 281.858,19 = €   61.871,31 De nettowinst is 9% van de omzet exclusief btw.

Dit reken je als volgt uit: €   61.871,31 : € 687.459,00 x 100%  =  9%

 

Je krijgt dat het volgende overzicht:

 

Consumentenomzet

€.818.076,21

           119%

 

Btw

€ 130.617,21

             19%

-

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

€ 687.459,00

           100%

 

Inkoopwaarde van de omzet

€ 343.729,50

             50%

-

 

 

 

 

Brutowinst

€ 343.729,50

             50%

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

€    54.996,72

              8%

 

 

 

Huisvestingskosten

€    68.745,90

            10%

 

 

 

Betaalde loonkosten

€  116.868,03

            17%

 

 

 

Overige kosten

€    41.247,54

              6%

 

 

 

 

 

 

€ 281.858,19

             41%

-

Nettowinst

 

 

€   61.871,31

               9%

 

 

 


 

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 



 

Voorbeeld 4.2

 

Charlot Zwiers heeft een sportzaak. Zij heeft het afgelopen jaar (2011) een consumentenomzet behaald van € 939.446,69. Haar omzet viel onder het hoge btw-tarief (19%).  Zij behaalde een winst van 60% van de inkoopwaarde van de omzet, terwijl haar afschrijvingen en betaalde intrest 10% van de inkoopwaarde van de omzet bedroegen. Haar huisvestingkosten komen neer op 12% van de inkoopwaarde van de omzet, haar betaalde loonkosten 20% van de inkoopwaarde van de omzet en haar overige kosten 6% van de inkoopwaarde van de omzet.

 

Vraag:

Bereken voor Charlot de nettowinst over 2011 in euro’s en procenten van de inkoopwaarde van de omzet.

 

Uitwerking:

Stel als eerste het schema op, zoals in de theorie naar voren is gekomen:

Consumentenomzet

 

    %

 

Btw

              

    %

-

 

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

    %           

 

 

Inkoopwaarde van de omzet

    %        

 

-

 

 

 

 

 

Brutowinst

               

 

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

                %

 

 

 

Huisvestingskosten

                %

 

 

 

Betaalde loonkosten

                %

 

 

 

Overige kosten

                %

 

 

 

 

 

 

                %

-

Nettowinst

 

 

                %

 

 

Vul in het schema de gegevens die gesteld zijn in de opdracht:

Consumentenomzet

€.939.446,69

 

    %

 

Btw

              

 19%

-

 

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

160%           

 

 

Inkoopwaarde van de omzet

100%        

 

-

 

 

 

 

 

Brutowinst

  60%         

 

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

            10%

 

 

 

Huisvestingskosten

            12%

 

 

 

Betaalde loonkosten

            20%

 

 

 

Overige kosten

              6%

 

 

 

 

 


Voorbeeld 4.1

 

Wouter Kelman heeft in 2011 een consumentenomzet behaald van € 818.076,21. Zijn omzet valt onder het 19% btw-tarief. De brutowinst die hij behaalde was 50% van de omzet exclusief btw. De afschrijvingen en betaalde intrest bedroegen 8% van de omzet exclusief btw, de huisvestingskosten 10% van de omzet exclusief btw, de betaalde loonkosten 17% van de omzet exclusief btw en de overige kosten 6% van de omzet exclusief btw.

 

Vraag:

Bereken voor Wouter de nettowinst over 2011.

 

Uitwerking:

Stel als eerste het schema op, zoals in de theorie naar voren is gekomen:

Consumentenomzet

                %

 

Btw

                %

-

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

                %

 

Inkoopwaarde van de omzet

                %

-

 

 

 

 

Brutowinst

                %

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

                %

 

 

 

Huisvestingskosten

                %

 

 

 

Betaalde loonkosten

                %

 

 

 

Overige kosten

                %

 

 

 

 

 

 

                %

-

Nettowinst

 

 

                %

 

 

 

Vul in het schema de gegevens die gesteld zijn in de opdracht:

Consumentenomzet

€.818.076,21

                %

 

Btw

             19%

-

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

           100%

 

Inkoopwaarde van de omzet

                %

-

 

 

 

 

Brutowinst

             50%

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

              8%

 

 

 

Huisvestingskosten

            10%

 

 

 

Betaalde loonkosten

            17%

 

 

 

Overige kosten

              6%

 

 

 

 

 

 

                %

-

Nettowinst

 

 

                %

 

 

 


 

 


 

Voorbeeld 4.2

 

Charlot Zwiers heeft een sportzaak. Zij heeft het afgelopen jaar (2011) een consumentenomzet behaald van € 939.446,69. Haar omzet viel onder het hoge btw-tarief (19%).  Zij behaalde een winst van 60% van de inkoopwaarde van de omzet, terwijl haar afschrijvingen en betaalde intrest 10% van de inkoopwaarde van de omzet bedroegen. Haar huisvestingkosten komen neer op 12% van de inkoopwaarde van de omzet, haar betaalde loonkosten 20% van de inkoopwaarde van de omzet en haar overige kosten 6% van de inkoopwaarde van de omzet.

 

Vraag:

Bereken voor Charlot de nettowinst over 2011 in euro’s en procenten van de inkoopwaarde van de omzet.

 

Uitwerking:

Stel als eerste het schema op, zoals in de theorie naar voren is gekomen:

Consumentenomzet

 

    %

 

Btw

              

    %

-

 

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

    %           

 

 

Inkoopwaarde van de omzet

    %        

 

-

 

 

 

 

 

Brutowinst

               

 

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

                %

 

 

 

Huisvestingskosten

                %

 

 

 

Betaalde loonkosten

                %

 

 

 

Overige kosten

                %

 

 

 

 

 

 

                %

-

Nettowinst

 

 

                %

 

 

Vul in het schema de gegevens die gesteld zijn in de opdracht:

Consumentenomzet

€.939.446,69

 

    %

 

Btw

              

 19%

-

 

 

 

 

 

Omzet exclusief btw

160%           

 

 

Inkoopwaarde van de omzet

100%        

 

-

 

 

 

 

 

Brutowinst

  60%         

 

 

 

 

 

 

Kosten:

 

 

 

 

 

Afschrijvingen en betaling intrest

            10%

 

 

 

Huisvestingskosten

            12%

 

 

 

Betaalde loonkosten

            20%

 

 

 

Overige kosten

              6%