Er zijn twee soorten telwoorden:
- hoofdtelwoord
- rangtelwoord
Een hoofdtelwoord geeft een hoeveelheid aan.
Vb.
Hij heeft acht boeken en zeven schriften in zijn tas.
Acht en zeven zijn hoofdtelwoorden, ze mogen ook als 8 en 7 geschreven zijn.
Hoofdtelwoorden zijn: drie, achttien, maar ook: enkele, veel, alle, sommige, enz.
Een rangtelwoord duidt een rangorde aan.
Vb.
Hij staat op de achtste plaats.
achtste = rangtelwoord
Rangtelwoorden zijn: derde, duizendste, maar ook: middelste, laatste, onderste, enz.