Alkanen

Het alkaan met het kleinste molecuul is methaan, CH4.
Het op één na kleinste alkaan is ethaan, C2H6.
Nummer drie is propaan, C3H8, en nummer vier butaan, C4H10.
Elk volgend alkaan heeft steeds een koolstofatoom met twee waterstofatomen (een CH2-groep) meer.
De algemene formule van de alkanen is: CnH2n+2.
 

Zo’n groep stoffen, die aan een algemene formule voldoet, noemen we ook wel een homologe reeks. Stoffen binnen een homologe reeks hebben veel overeenkomende chemische eigenschappen.

De eerste vier alkanen geven we weer met hun triviale naam: methaan, ethaan, propaan en butaan. Vanaf n= 5 zijn de namen afgeleid van een Grieks telwoord (zie BINAS tabel 103B):

5 = penta: 6 = hexa: 7 = hepta : 8 = octa: 9= nona: 10 = deca.

 

Structuurformule

Een koolstofatoom gaat altijd vier bindingen aan: het heeft als het ware vier koppelplaatsen voor koppeling met andere atomen.
Waterstof gaat altijd één binding aan.
Koolstofatomen vormen gemakkelijk bindingen met andere koolstofatomen.
Er ontstaat dan een koolstofketen, een structuur van twee of meer koolstofatomen aan elkaar.
Ketenvorming is kenmerkend voor het element koolstof. We spreken ook wel van het koolstofskelet van een molecuul, als we uitsluitend de koolstofatomen van het molecuul aangeven.
 
In structuurformules is de molecuulbouw van de alkanen goed te zien.
Alkanen zijn verzadigde koolwaterstoffen. Hiermee bedoelen we dat elk C-atoom is gebonden aan vier andere atomen (C of H).
Er komen dus alleen enkele bindingen tussen de C-atomen in de ketens voor.
 

 

Hoe teken je structuurformules? Uitleg door Sieger Kooij:

Ruimtelijke structuur

Met behulp van computersimulaties kun je een aardig beeld krijgen van de ruimtelijke bouw van de alkanen: Molecuulstructuren (Voor deze link is Flash Player nodig)