Toevoeging van sulfiet in de vorm van zwaveldioxide (SO2), natriumsulfiet (Na2SO3), natriumwaterstofsulfiet (NaHSO3) of natriumdisulfiet (Na2S2O3) wordt in de levensmiddelenindustrie voor verschillende doeleinden toegepast (opmerking 1).
In vlees (vooral gehakt) geeft het een rode kleur; deze toevoeging is in Nederland sinds 1954 verboden. In wijn wordt het gebruikt om de inwerking van bacteriën tegen te gaan en om witte wijn van mindere kwaliteit op te helderen.
Het sulfietgehalte van wijn (berekend als SO2) mag volgens de warenwet maximaal 200 mg per liter bedragen.
De aanvaardbare dagelijkse dosis voor sulfiet bedraagt 0,35 mg per kg lichaamsgewicht, dus gemiddeld voor een volwassen persoon 25 mg; dit is ongeveer de hoeveelheid die in één glas wijn aanwezig kan zijn.
De nadelige gevolgen van te veel sulfiet schijnen te zijn: het veroorzaken van hoofdpijn, afbraak van vitamine B1 (thiamine) en versnelde vorming van een stof die mogelijk het eiwitsynthetiserende vermogen van de cel blokkeert.
Het aantonen van sulfiet kan op de volgende manieren geschieden:
Kwalitatief:
Kwantitatief:
4. Door titratie met een joodoplossing.
Dezelfde methoden kunnen ook gebruikt worden om de aanwezigheid van sulfiet in geschrapte en voorverpakte aardappelen en in aardappelpuree vast te stellen. Toevoegen van zetmeel is dan bij de titratie niet nodig.
Opmerking 1:
Het natriumdisulfiet hydrolyseert in oplossing onmiddellijk tot waterstofsulfiet :
Na2S2O3 + aq→ 2 Na+(aq) + S2O32-(aq)
S2O32-(aq) + H2O(l) → 2 HSO3-(aq)