Deze pagina is bedoeld voor de docent als handleiding. Hier wordt beschreven wat er van de cursisten wordt verwcaht en welke doelen hierbij horen. Natuurlijk kunt u zelf andere doelen erbij nemen als u uw cursisten iets anders wilt leren.
De 2 formulieren (het eetschema en het evaluatieformulier) die u vindt bij de bijlagen dienen door u uitgeprint te worden. Denkt u dat uw cursisten dit zelf kunnen, dan moet u dit vermelden voordat ze met de webquest gaan beginnen, omdat er bij de opdrachten staat dat ze deze formulieren van de docent krijgen.
Doel van de webquest
Aanpak van de webquest
Tips
Bijlagen
Wat is het doel van deze Webquest/Talenquest?
Aanpak van de Talenquest:
Het is verstandig om uw cursisten niet meteen aan deze talenquest te laten beginnen. Het kan zijn dat de voorkennis van de cursisten nog niet voldoende is. De woorden die ze moeten gebruiken (vooral bij taak 2) zullen voor sommigen erg moeilijk zijn. Het beste kunt u eerst een klassikale les opstarten waarin u al wat moelijke woorden uitlegt en een beeld schetst over de gezondheidszorg in Nederland. Ik reik u hiervoor 2 tips aan. Misschien heeft u zelf ook nog een ander idee. Voel u vrij om dat te gebruiken.
Na het ophalen van de voorkennis en/of aanreiken van nieuwe kennis kunnen de cursisten beginnen aan de talenquest. Ook hiervoor zal ik u een paar tips aanreiken:
Natuurlijk hebben de cursisten niet alle tijd van de wereld om alles af te krijgen. Op de startpagina van deze webquest staat dat er meer dan 10 klokuren aan besteed worden. Het zal ongeveer neerkomen op zo'n 15 a 20 klokuren. Dit kan per groep verschillen, aangezien sommigen sneller zijn dan anderen. Zo kunt u de A2 cursisten 20 klokuren geven en de B1 cursisten 15 klokuren.
Bijlagen voor de docent:
Eetschema
Evaluatieformulier
Het eetschema:
Ontbijt |
|
|
Tijd: |
Wat heb je gegeten: |
Wat heb je gedronken: |
|
|
|
Tussendoortjes |
|
|
Tijd: |
Wat heb je gegeten: |
Wat heb je gedronken: |
|
|
|
Lunch |
|
|
Tijd: |
Wat heb je gegeten: |
Wat heb je gedronken: |
|
|
|
Tussendoortjes |
|
|
Tijd: |
Wat heb je gegeten: |
Wat heb je gedronken: |
|
|
|
Avondeten |
|
|
Tijd: |
Wat heb je gegeten: |
Wat heb je gedronken: |
|
|
|
Tussendoortje |
|
|
Tijd: |
Wat heb je gegeten: |
Wat heb je gedronken: |
|
|
|
Evaluatieformulier
Vragen |
|
Ik weet nu meer over gezond zijn in Nederland |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
De taken waren leuk om te doen |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
De taken waren niet te moeilijk |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
De taken waren duidelijk uitgelegd |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
De informatie was duidelijk en goed te vinden |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
De docent heeft me goed geholpen |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
De tijd die er voor stond heb ik ook nodig gehad |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
Het samen werken met de andere cursist ging goed |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
Een presentatie maken was leuk |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
Een presentatie houden vond ik moeilijk |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
Het zoeken op het Internet ging goed |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 - 10 |
Ik wil vaker iets leren op deze manier |
0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 – 7- 8 – 9 – 10 |
Basisgebruiker niveau A2 (van website www.siea.nl)
De deelnemer:
luisteren begrijpt de belangrijkste punten van korte en eenvoudige
boodschappen en aankondigingen als er langzaam en duidelijk
gesproken wordt.
lezen kan korte en eenvoudige teksten lezen over concrete
onderwerpen uit de eigen werk- of leefomgeving
gesprekken Hij/zij kan korte gesprekken voeren in standaardsituaties.
kan vragen stellen en beantwoorden en ideeën en informatie
uitwisselen over vertrouwde onderwerpen in voorspelbare,
alledaagse situaties.
spreken kan in eenvoudige bewoordingen een beschrijving geven van
mensen, leef- en werkomstandigheden, dagelijkse
routinesenzovoort
schrijven kan korte, informele briefjes schrijven en boodschappen
noteren in telegramstijl?