|
zwak |
voldoende |
goed |
Opdracht 1 |
Je hebt volgens mij niet goed nagedacht over het probleem. Je geeft een onduidelijk advies en noemt geen goede argumenten. |
Je hebt een goed advies gegeven maar Michiel niet duidelijk gemaakt waarom hij juist dit moet doen. |
Je hebt een goed advies gegeven en ook duidelijk gemaakt wat de argumenten zijn om juist dit te doen. |
Opdracht 2 |
Je hebt wel wat betekenissen gevonden, maar te weinig gekoppeld aan de Tweede Wereldoorlog. |
Je hebt van alle woorden de omschrijving gegeven en die ook gekoppeld aan de Tweede Wereldoorlog. |
Je hebt een mooie lijst samengesteld, met goede omschrijvingen en met die plaatjes erbij is het helemaal af. |
Opdracht 3 |
Je hebt geen goede voorbeelden kunnen bedenken. |
Je hebt één goed voorbeeld bedacht. |
Je bent met twee goede voorbeelden gekomen. |
?