Opdracht 3

Hans verwacht in oktober de volgende uitgaven te hebben.

Lidmaatschap sportclub € 40,- per maand
Vervoer € 20,- per maand
Mobiele telefoon € 75,- per kwartaal
Eten en drinken € 15,- per maand
Kleding € 25,- per maand
Overige uitgaven (cadeaus etc.) € 20,- per maand
Uitgaan € 78,- per maand


a.) Zet de verwachte uitgaven van Hans in de begroting voor oktober. Onderaan de begroting kun je zien of je het goed gedaan hebt.

Beantwoord nu onderstaande vragen. Je kunt de antwoorden weer invullen op het antwoordblad

b.) Heeft Hans een tekort of een overschot op zijn begroting?

c.) Wat kan Hans doen met het deel van de inkomsten dat hij niet uitgeeft?