3. Werkwijze

Les 1

Opdracht 1:

Lees bron één vermenigvuldigen, en beantwoord de volgende vragen.

Vraag 1: Bereken zonder rekenmachine 29 x 57. Laat ook je berekening zien.

Vraag 2: Probeer nu dezelfde som nog eens te maken, maar gebruik nu romeinse cijfers. (29 = XXIX en 57= LVII)

Vraag 3: Leg uit, waarom je niet met romeinse cijfers kunt vermenigvuldigen.

Vraag 4: Lees bron één, het decimale stelsel. Hierin kun je lezen, hoe normale getallen zijn opgebouwd uit tientallen. Leg in je eigen woorden uit wat dit betekend.

Vraag 5: Lees bron één, binair tellen. Hoe schrijf je 23 binair?

Vraag 6: Lees bron één, binair/tweetallen. Schrijf 10111010 als decimaal getal.

Vraag 7: Schrijf 213 als binair getal.

Vraag 8: Wat kun je zeggen over een binair getal dat eindigd op een 0?

Les 2

Opdracht 2

Vraag 1:  EN-poort, Sluit de twee drukschakelaars aan op de EN-poort en de uitgang van de EN-poort op een led. De uitgang is hoog als?

Vraag 2:  OF-poort, Sluit de twee drukschakelaars aan op de OF-poort en de uitgang van de OF-poort op een led. De uitgang is hoog als?

Vraag 3:  Invertor, Sluit een drukschakelaar aan op de invertor en de uitgang van de invertor op een led. Wat is de werking van de invertor?

Vraag 4:  Comparator, Sluit de variabele spanning aan op de comparator. Sluit de uitgang van de comparator aan op een led. Varieer de spanning van de bron en van de comparator. De uitgang van de comparator is hoog als?

Vraag 5: Sluit de pulsengenerator aan op de tel pulsen, van de pulsenteller. Sluit hierna de uitgangen 8,4,2 en 1 aan op 4 verschillende led's. Varieer het aantal pulsen, en beschrijf wat er gebeurt.

Vraag 6: Gebruik de instellingen van vraag vijf. Sluit nu ook een drukschakelaar aan op tellen aan/uit. Beschrijf wat er gebeurt, als je de schakelaar indrukt of loslaat.

Vraag 7: Leg uit wat de uitkomst van de pulsenteller te makn heeft met binair tellen.

 

Les 3

Opdracht 3

Nu je gezien hebt wat er mogelijk is op een systeembord, ga een beveiligingssysteem maken. Dit systeem moet aan een aantal voorwaarden voldoen.

Het beveiligingssysteem bestaat uit twee delen:

  1. Een drukschakelaar die bevestigd is aan de deur, zodat het alarm afgaat wanneer inbrekers de voordeur forceren.

  2. Een bewegingssensor, die bewegingen detecteert, waarna het alarm na enkele seconden afgaat.

 

Het alarm wordt gesimuleerd door een ledlamp. Als deze brand, is het alarm afgegaan.

De voorwaarden waaraan de drukschakelaarmoet voldoen:

Als de deur opengaat, gaat het alarm af. Dus als de druk van de schakelaar af is, moet het alarm afgaan.

De voorwaarden waaraan de bewegingssensor moet voldoen:

De sensor wordt gesimuleerd door de variabele spanning. Het alarm moet pas afgaan wanneer er een behoorlijke beweging wordt waargenomen. Dit wil zeggen dat er je de variabele spanning op 2 of hoger moet draaien, voor het alarm afgaat.

Ook moet er minimaal 5 seconden een signaal binnen komen, voordat het alarm afgaat.

Ook moet er een resetknop op het alarm zitten, zodat je iedere avond het alarm weer op nul seconden kunt zetten, voor de nieuwe nacht.

?