3. Werkwijze

1. Lees de kenmerken van de drie verhaalsoorten goed door (de link naar de website vind je onder Bronnen )

2. Lees verhaal 1. De link vind je onder Bronnen

3. Klik op de website van verhaal 1 op het tabblad 'vragen'. Er verschijnen 2 meerkeuzevragen. Beantwoord ze en klik op 'verstuur'.
Je ziet direct of je antwoorden juist waren. Als je een verkeerd antwoord hebt gegeven, lees het verhaal nog een keer of roep je docent.

4. Doe hetzelfde voor verhaal 2 en 3.

                   Einde deel 1

                


                   Begin deel 2


5. Bedenk welke verhaalsoort jou het meest aanspreekt en dus zelf wil gaan schrijven: mythe, sage of legende.

6. Bedenk een onderwerp. Gebruik voor inspiratie en informatie de overgebleven 6 websites die je onder Bronnen vindt.

7. Maak een korte verhaalschets zodat je weet hoe je verhaal in grote lijnen gaat, voordat je echt begint met schrijven.
In je verhaalschets staat onder andere:
- welke verhaalsoort je hebt gekozen
- welke figuren (goden, helden, mythische wezens) in je verhaal voorkomen
- het onderwerp van je verhaal (een oorlog, een natuurverschijnsel/-ramp)
- hoe je verhaal gaat aflopen
(mythen, sagen en legenden liepen vaak slecht af, maar je mag er ook een goede afloop van maken)


8. Lees onder beoordeling aan welke eisen je verhaal moet voldoen.

9.
Lever je verhaal aan het einde van les 3 in.