-
Tekeningen maken.
-
Teksten goed lezen.
-
Proefjes doen met luchtdruk.
-
Namen van weermensen uitpluizen.
-
Morse-code leren lezen en schrijven.
-
Een woordzoeker over het weer maken.
-
Werken met spreekwoorden over de wind.
-
Eindopdracht: je gaat zelf een windmeter maken.