Beantwoord de volgende vragen op het werkblad 'Theorie' (te vinden onder menukop 'Werkbladen') en bespreek ze met je leerbedrijf en/of op school. Onder 'Uitleg' vind je bronnen die je hiervoor kunt raadplegen.
Aannemen van de opdracht |
Toelichting |
Welke informatie heb je nodig van je leidinggevende om de klus goed te kunnen doen? |
|
Kennis van de bodem en de grond |
Toelichting |
Met welke grondsoorten heb jij op je leerbedrijf te maken? |
|
Hoe is de bewerkbaarheid van deze grondsoorten? |
|
Zijn deze grondsoorten rijk aan voedingsstoffen of moet er veel bemest worden? |
|
Wanneer wordt op deze grondsoorten de hoofdgrondbewerking uitgevoerd? |
|
Leg uit waarom de hoofdgrondbewerking juist in die periode wordt uitgevoerd. |
|
Wat is het doel van een bewerking met een cultivator, een schijveneg of een woeler? |
|
Kiezen/meenemen van het juiste werktuig |
Toelichting |
Welke typen werktuigen zijn er om de grond los te maken of om mest onder te werken? |
|
Welke van deze werktuigen worden er door jouw bedrijf gebruikt? |
|
Welk werktuig is het meest geschikt voor de bewerking die jij moet gaan uitvoeren? |
|
Waarom is dit werktuig het meest geschikt? |
|
Waarom zitten de tanden van het werktuig niet op één rij naast elkaar maar vaak op twee rijen? |
|
Controleren van de trekker |
Toelichting |
Welke banden liggen er op de trekker? Noteer de gegevens van de voor- en achterbanden. |
|
Noteer ook de bandenspanning die je aanhoudt voor het rijden op de weg en op het land. |
|
Controleren en aankoppelen werktuigen |
Toelichting |
Welke handelingen moet je uitvoeren bij het aankoppelen van een cultivator, een schijveneg of een woeler? |
|
Wat controleer je om te zien of het werktuig goed achter de trekker hangt? |
|
Hoe zet je het werktuig in transportstand? |
|
Afstellingen van het werktuig |
Toelichting |
Welke afstellingen zitten er op een cultivator? |
|
Hoe kun je de grond meer of minder intensief bewerken? |
|
Welke afstellingen zitten er op een schijveneg? |
|
Instellen op de juiste diepte |
Toelichting |
Hoe diep moet de grond bewerkt worden bij het onderwerken van vaste mest? |
|
Hoe diep moet de grond bewerkt worden als je na de oogst de grond wilt losmaken? |
|
Hoe zorg je ervoor dat het werktuig op de juiste diepte blijft werken? |
|
Hoe controleer je of de grond voldoende losgemaakt en verkruimeld is? |
|