3.3 Hoogteverschillen.

In elk ontwerp kun je onderdelen tegenkomen die bij het maken van je beplantingsplan speciale aandacht vragen. Enkele van deze onderdelen kun je in de volgende paragrafen bekijken.

Landschap

De beplanting kun je op allerlei manieren opzetten. Denk bijvoorbeeld aan een tuin in een vlak landschap. Voor een dergelijke tuin kun je de beplanting ook in de vorm van het "platte" vlak toepassen. De uiteindelijke beplanting zal hier en daar voor niveauverschillen zorgen.

Voor een tuin met hoogteverschillen, glooiingen, kun je de beplanting aan deze hoogteverschillen aanpassen. De tuin heeft daardoor een heel eigen karakter en leent zich bijzonder goed voor een bepaalde beplanting en structuur (dieptewerking met behulp van heuvels, bomen e.d.).

Het glooiend landschap van park Sonsbeek, Arnhem

Talud

Een talud (taluud, taluut) is een hoogteverschil, glooiing. Het talud kan natuurlijk of kunstmatig zijn.

Zo kan het terras achter een huis bijvoorbeeld 1,00 m hoger liggen dan het gazon. Dit hoogteverschil wordt dan vaak opgevangen door de grond, tuin, vanaf het terras onder een bepaalde hoek af te laten lopen naar het gazon. Je noemt dit een talud.
De beplanting voor zo'n talud kan van allerlei aard zijn. Je voelt echter wel aan dat de grond niet steeds naar beneden moet kunnen "rollen". Zo kun je deze grond vasthouden met bepaalde planten, bijvoorbeeld met bepaalde bodembedekkers. De hiervoor geschikte planten zijn vaak vlakwortelend. Een eis aan de beplanting voor het talud is dan ook, dat deze beplanting de grond moet "vasthouden" (is een functie van de beplanting).

fig. 17 een talud

 

Hoogteverschillen in een tuin of plantvak

Planten kun je in je hele tuin gebruiken voor aanbrengen van hoogteverschillen. Dit kan bijvoorbeeld door de combinatie boom-struik-bodembedekker. Deze "beplanting in lagen", zoals je dit noemt, kom je in bijna elke tuin tegen (hoogteverschillen hoef je dus niet altijd met verhoogde bakken aan te brengen).

Je kunt dit soort hoogteverschillen echter ook per plantvak toepassen. Zo kan een plantvak er in verschillende situaties anders uitzien. Bijvoorbeeld: