2.1 en 3.1

BPV- en achtergrond opdrachten MPR (melkproductieregistratie)

 

Lees dit eerst goed!!

Bekijk iedere keer als de MPR binnen komt samen met de veehouder de gegevens.

Achtergrondgegevens kan je zoeken op internet: www.cr-delta.nl, wanneer je hierop bent ingelogd ga je naar: over CRV, en ga dan naar de E-hoofdstukken, in deze hoofdstukken vindt je de informatie over divers kengetallen.

Wanneer de veehouder niet beschikt over de (specifieke) informatie dan geef je dat duidelijk weer en dan ga je naar www.pir-dap.nl en log in met DEMO en nogmaals DEMO.

Verwerk de vragen in tekst, deze vormen het Hoofdstuk MPR.

Algemeen

1.    Hoe vaak vindt er melkcontrole plaats op je stagebedrijf?

2.    Beschrijf hoe de melkcontrole tijdens het melken wordt uitgevoerd.

3.    Hoe wordt de uitslag van de melkcontrole ontvangen?

a.    Via papier

b.    Via Internet

c.    Via managementsysteem

4.    Waarom doet de veehouder mee aan de melkcontrole?

5.    Welke kengetallen vindt de veehouder belangrijk?

6.    Waarom vindt de veehouder de kengetallen belangrijk?

7.    Hoe gebruikt de veehouder met deze kengetallen.

8.    Wat vindt jij belangrijke kengetallen?

9.    Waarom vindt je deze kengetallen belangrijk?

Gegevens van één MPR-uitslag

10. Bij één MPR uitslag;

a.    Wanneer was de datum van de controle?

b.    Waarom is het belangrijk dat de veehouder allerlei bijzonderheden op geeft tijdens de melkcontrole?

c.    Hoeveel dagen zijn de koeien gemiddeld in lactatie?

d.    Welke diercategorieën worden onderscheiden op het MPR formulier?

e.    Welke lactatiestadia worden onderscheiden op het MPR formulier?

f.     Wat is de gemiddelde dagproductie, het vet- , eiwit- en het lactosegehalte en eventueel het ureumgehalte van de melk van alle dieren?

g.    Wat is de voorspelde 305 dagen productie?

h.    Hoe hoog is het rollend jaargemiddelde?

i.      Hoeveel vaarzen, tweede kalfs en oudere koeien werden gemolken?

j.      Wat is de gemiddelde melkproductie, het vet- , eiwit- en het lactosegehalte en eventueel het ureumgehalte van de melk van de diverse diercategorieën?

k.    Hoeveel koeien hebben meer of minder geproduceerd dan verwacht, geef indien mogelijk ook een reden hiervoor.

l.      Welke koe gaf het meeste melk? Hoe veel? Hoeveel dagen is deze koe in lactatie?

m.  Welke koe gaf het hoogste percentage vet? Hoe hoog? Hoeveel dagen is deze koe in lactatie?

n.    Welke koe gaf het laagste percentage vet? Hoe hoog? Hoeveel dagen is deze koe in lactatie?

o.    Welke koe gaf het hoogste percentage eiwit? Hoe hoog? Hoeveel dagen is deze koe in lactatie?

p.    Welke koe gaf het laagste percentage eiwit? Hoe hoog? Hoeveel dagen is deze koe in lactatie?

 

Lactatieproductie, Netto Opbrengst en lactatiewaarde

11. Wat is netto opbrengst?

12. Wat betekent een lactatiewaarde van 100?

13. Wanneer krijgt een lactatiewaarde een – (min)?

14. Wanneer krijgt een lactatiewaarde een +(plus)?

15. Wat kan je met de lactatiewaarde doen?

16. Wat doet jouw stageboer met de lactatiewaarde?

17. Welke 5 koeien hebben de hoogste lactatiewaarde? Benoem deze koeien en geef van deze koeien de voorspelde 305 dagen melkproductie, de vet- en de eiwitgehalten en natuurlijk de lactatiewaarden.

18. Welke 5 koeien hebben de laagste lactatiewaarde? Benoem deze koeien en geef van deze koeien de voorspelde 305 dagen melkproductie, de vet- en de eiwitgehalten en natuurlijk de lactatiewaarden.

 

De BSK

19. Wat betekent BSK?

20. Waar wordt het voor gebruikt?

21. Wat is de BSK van de MPR die je boven ook hebt beschreven?

22. Hoe hoog is de BSK van de verschillende diercategorieën?

23. Hoe hoog is de BSK van de verschillende lactatiestadia?

 

24. Wat zijn de meest voorkomende redenen van schommelingen in het BSK-verloop?

25. Wat zijn de redenen van de schommelingen in het BSK-verloop op je stagebedrijf?

 

 

Op de melkcontrole staan ook gegevens voor celgetal/uiergezondheid. Beantwoord de volgende vragen over de uiergezondheid:

 

26. Wat is het nut om als melkveebedrijf deel te nemen aan de celgetalbepaling?

27. Wat houdt het celgetal in?

28. Wanneer krijgen koeien een attentie?

29. Is er bij de bovenstaande vraag verschil tussen vaarzen en koeien?

30. Bij welk celgetal krijgt een bedrijf een waarschuwing (strafpunten) bij de zuivelfabriek?

31. Wat betekent het als bij het celgetal van een koe het cijfer 4 staat?

32. Welk percentage dieren heeft een te hoog celgetal in de laatste MPR-uitslag?

33. Welk percentage vaarzen heeft een te hoog celgetal in de laatste MPR-uitslag?

34. Welk percentage oudere koeien heeft een te hoog celgetal in de laatste MPR-uitslag?

35. Welk percentage dieren heeft een nieuw hoog celgetal in de laatste MPR-uitslag?

36. Hoeveel vaarzen hebben een nieuw hoog celgetal in de laatste MPR-uitslag?

37. Hoeveel dieren hebben de laatste melkcontrole een celgetal boven de 500.000 cellen/ml?

38. Welk aandeel qua celgetal hebben deze dieren per dier en in het totaal in het tankmelkcelgetal?

39. Bespreek het droog zetten van de koeien;

a.    Hoeveel melk produceren de koeien op de dag van droog zetten?

b.    Hoe vaak worden de koeien de laatste 3 dagen voor droog zetten per dag gemolken?

c.    Wordt het rantsoen de laatste week/weken aangepast voor het droogzetten?

d.    Zo ja, hoe wordt het aangepast?

e.    Hoeveel procent van de koeien wordt droog gezet met antibioticum?

f.     Waarom worden die koeien droog gezet met antibioticum?

g.    Wanneer wordt dan wel of juist geen antibioticum gebruikt?

h.    Met welk antibioticum worden de koeien droog gezet of worden er misschien meerdere soorten gebruikt afhankelijk van het celgetal?

i.      Worden de spenen gedesinfecteerd voor de toediening van antibioticum?

j.      Hoe wordt de speen gedesinfecteerd voor toediening van de antibioticum?

k.    Wordt gebruik gemaakt van een lange of een korte nozzle?

l.      Wordt de antibioticum na toediening om hoog gewreven?

m.  Is dit nodig?

n.    Waar wordt de droogzet antibioticum toegediend?

o.    Krijgen de koeien ook Orbeseal toegediend?

p.    Waarom krijgen ze Orbeseal toegediend?

q.    Leggen de koeien de eerste week na droog zetten melk uit?

r.     Hoe lang staan de koeien gemiddeld droog?

s.    Hoeveel groepen droge koeien zijn er?

t.      Naar welke groep gaan koeien na het droog zetten?

u.    Hoe lang blijven ze in deze groep?