2.3 - Spierweefsels
Er zijn drie soorten spierweefsel in het menselijk lichaam: skeletspierweefsel, glad spierweefsel en hartspierweefsel.
- Benoem van iedere spiersoort de kenmerken.

1. Skeletspierweefsel (of dwarsgestreept spierweefsel):
- Dit type spierweefsel is verbonden met het skelet en maakt bewuste bewegingen mogelijk, zoals het bewegen van armen en benen.
- Skeletspiervezels zijn lang, cilindrisch en hebben een dwarsgestreept uiterlijk door de georganiseerde rangschikking van eiwitfilamenten.
- Deze vezels zijn gevormd door de fusie van meerdere cellen, en bevatten dus meerdere celkernen.
2. Glad spierweefsel:
- Glad spierweefsel bevindt zich in de wanden van holle organen zoals de maag, darmen, bloedvaten en blaas.
- Het is niet dwarsgestreept en de samentrekkingen zijn onwillekeurig (niet bewust aangestuurd).
- Gladde spiercellen hebben één kern.
3. Hartspierweefsel:
- Hartspierweefsel is uniek voor het hart en zorgt voor de onwillekeurige samentrekkingen die nodig zijn om bloed door het lichaam te pompen.
- Hartspierweefsel is dwarsgestreept, maar de cellen zijn korter en vertakken zich, waardoor een netwerk ontstaat.
- Hartspiercellen hebben één kern en zijn met elkaar verbonden zodat het hart als een eenheid kan samentrekken.
Vragen over spierweefsels